United States or Ukraine ? Vote for the TOP Country of the Week !


En wat Emma betrof, hij zou gezworen hebben, dat nergens op de geheele aarde een bevalliger jong meisje kon aangetroffen worden: zoo onafhankelijk in hare meeningen en zoo zacht van aard, zoo klein en zoo dapper, zoo stemmig en zoo vrolijk, zoo keurig op haar toilet en zoo in het geheel geen nufje.

"Ik wist niet dat wij een oogenblik opgehouden hadden dat te zijn," hernam zij, toch wat kleurende, en niet met hare gewone cordaatheid. "Hm, hm! op het laatst van den avond hebt gij mij geboudeerd, trots het beste nufje." "Zeg dan liever: trots het slechtste, want die vrouwengrillen staan heel leelijk, dat ben ik volmaakt met u eens.

Hij behoeft waarlijk niet zoo te zijn op zijn afkomst; zijn ouders zijn maar eenvoudige lieden. Dat schijnt me een nufje toe. De pauw is een dier. Vroeger was hij vreeselijk , maar het lot heeft hem nederig gemaakt. Ons loflied prijst den Schepper van het heelal. De eik werd door den bliksem getroffen. Hij was te , om gebedeld brood te eten, zoolang hij nog werken kon.

Wanneer het kleine nufje met bezoekers coquetteert, of in moederlijk weeklagen uitbarst omdat broer haar pop heeft stuk gemaakt, wier zaag-meelig overschot zij met liefde verzorgt, dan zeggen wij trotsch: "zij is reeds op end'op een moedertje!" Wat weet een klein meisje van moederlijk instinkt? Niets meer dan een kleine jongen van vaderlijk instinkt.

Ze komen altijd zoo keurig netjes, zien er allen zoo lief uit en zoo frisch en onbedorven. En wat maken ze het ons gemakkelijk; ze zijn zoo vlug, zoo bevattelijk en handig, en daarbij zóó gezeglijk. Ze raakten al gauw met ons vertrouwd, en praten nu vrij en ongedwongen met ons. Er is een mooi kindje bij, dat eerst een nufje was; nu merken wij tot onze groote vreugde van die nuffigheid niets meer.

"Hoe!" riep Adeelen: "is het nufje verstoord, omdat ik haar een onnoozelen kus heb willen geven naar Friesche wijs, toen de Siward werd opgeroepen." "Er werd geen Siward opgeroepen," zeide de Abt: "ik was het, die Broeder Syard riep en dit hebt gij verkeerd verstaan."

HERMIA. Wee mij, gij tooverkol, gij bloesemworm! Gij liefderoofster! wat! kwaamt gij bij nacht, Het hart mijns liefsten stelen? HELENA. Mooi, voorwaar! Hebt gij geen zedigheid, geen maagdeblos, Geen spoor van schroom? Is dit uw doel, dat gij Mijn teedren lippen schampre taal ontlokt? Foei! veinzend, huichlend, vinnig nufje, gij! HERMIA. Ben ik een nufje? Zoo! was dat uw spel?

Zij had een baard. Zij was het ideaal van een lastdrager in vrouwenkleeding. Zij vloekte als een matroos en beroemde er zich op, een noot met een vuistslag te kunnen stuk slaan. Zoo zij geen romans had gelezen, die soms op zonderlinge wijze het nufje onder dit manwijf deden te voorschijn komen, zou 't niemand ooit in de gedachte zijn gekomen, haar voor een vrouw te houden.

Tom was zoo verpletterd, dat hij zelfs de tegenwoordigheid van geest miste om te zeggen: "Ik geef geen zier om je, nufje dundoek," totdat het geschikte oogenblik voor dien uitval voorbij was. Dus zweeg hij met een woedend gezicht. Ziedende van toorn stapte hij de schoolplaats binnen en mompelde, dat hij wou dat zij een jongen was, om het haar eens fiks in te peperen.

De herbergier en zijn vrouw waren twee boersche, plompe lui, maar Fietje was een juffertje, een nufje, de elegante van het dorp.