United States or Andorra ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij, die aan het hoofd van deze afzichtelijke bende liep, riep met drieste stem tot den vorst: "Sire, ons is ter oore gekomen, dat gij heden eene schoone vrouw op den brandstapel dooden wilt. Ziet, wij zijn melaatschen en hebben geene vrouwen, daarom vragen wij u, geef ons deze, gij zult daardoor beter gewroken zijn, dan wanneer gij haar den vuurdood laat sterven."

De putbewaarder nam eenige steentjes op om haar daarmede te verdrijven, de omstanders wierpen haar vloeken naar 't hoofd, en de andere melaatschen riepen luid: Onrein! Onrein! Ja zeker, dacht Amrah, die twee zijn vreemd en kennen de gebruiken der melaatschen niet. Zij stond op, ging haar te gemoet met haar mandje en kruik, en terstond hield het rumoer aan de bron op.

Hij bracht in toepassing op het geheele gebied der menschelijke verhoudingen dat medegevoel der verbeelding, dat op het gebied der kunst het eenige geheim van scheppen is. Hij verstond de melaatschheid der melaatschen, de duisternis der blinden, de grimmige ellende van hen die leven voor genot, de vreemde armoede der rijken.

De beide laatste bergen zijn vol spelonken en holen, die toen ten tijde, evenals de graven in het dal, tot woonplaats strekten aan de uit de stad verdreven melaatschen. Op den tweeden morgen na de gebeurtenissen in het vorige hoofdstuk vermeld, begaf Amrah zich naar de bron Rogel, en ging bedaard op een steen zitten.

Evenals menigeen voor en na haar hielp de liefde haar uit den nood. De melaatschen, dat wist zij, waren gewoon 's morgens hunne holen te verlaten, om het benoodigde drinkwater uit de bron Rogel te halen. Zij brachten hunne waterkruiken mede, zetten die op den grond, en stonden dan van verre te wachten, totdat zij gevuld waren.

Dat hielden zij anderhalve maand lang dagelijks vol. De melaatschen, voor wie de uitgeloofde belooning een machtige drijfveer was, doorzochten ijverig den omtrek, maar tevergeefs. Ook de bewoonsters van de groote spelonk bij de bron werden meer dan eens ondervraagd, maar zij wisten haar geheim te bewaren.

"Wat doet Hans voor uw klooster, zuster?" viel Quinten haar haastig in de rede. "Hij schildert gedrukte beeldekens voor de begankenis der melaatschen," was het antwoord; "hij doet het wel niet goed, maar omdat hij ziek is, zien wij daar niet nauw op. Zie, daar zijn er, die ik juist bij hem heb afgehaald."

Het meest realistische, het aangrijpendste tableau van alle passiespelen, onverschillig waar ze worden opgevoerd, is het tooneel "Christus geneest de melaatschen", zooals dat op Hiwaoa wordt gegeven. Want hier treden in dit tooneel werkelijke leprozen op.

Uit de stad verdreven mocht hij zijne betrekkingen slechts op grooten afstand toespreken. Zijne woonplaats was bij andere melaatschen in spelonken of wildernissen. Zag hij iemand naderen uit de verte reeds moest hij hem toeroepen: Onrein! Onrein! Een wezen, dat zichzelf tot afschuw was, en alleen van den dood uitkomst kon verwachten.

De keus van den prins. Daarop zei de prins vastbesloten: "Wel, waarom zou ik lastig in mijn keus zijn? Geef mij het melaatsche paard, dat daar in den hoek staat." De oude vrouw deed al haar best er hem van af te houden dat leelijke paard te nemen. Zij sprak: "Waarom zijt gij zoo dwaas een melaatschen knol te nemen, terwijl gij het mooiste paard kunt hebben?"