United States or Argentina ? Vote for the TOP Country of the Week !


Op dat van het meisje moet haar adres staan, opdat de kennissen weten, waarheen hunne gelukwenschen te richten; evenals de datum van den ontvangdag. Aan goede vrienden en familieleden vertelt het jonge meisjes het heugelijke nieuws mondeling of per briefje.

Hij rimpelde zijn voorhoofd, sprak stil, laag: Kijkt ge waarlijk zoo belangstellend naar mijn hals? Men heeft u bij de strot gepakt. Ziet ge 't spoor van een duim en een wijsvinger? .... Dáar! Meisje, ge zijt bedonderd. Ze lachte flauw, bijna verdrietig. Ze ging neerzitten, bij het vuur.

Daarom bekende zij voor niemand, dat het beeld hetwelk zij bezat, het echte was. "Dit is een nagemaakt beeld," zei ze, "het is zoo gelijk aan het echte als het slechts zijn kan, maar het is nagemaakt." Nu had zij een klein Italiaansch meisje in haar dienst.

»Nou, ik zal het vragen!" zei het meisje met eene beweging of zij dacht: maar je krijgt ze toch niet. »Wel ja! doe dat en ik beloof je een goede fooi als deze heer, die een Engelschman is, eens van je beste Hollandsche baars te proeven krijgt." Dat onwederstaanlijk argument deed zijne gewone kracht.

Deze betrekking gaf mij dan ook tevens eenigen waarborg om met meer vrijmoedigheid aanzoek te kunnen doen naar de hand van een meisje, hetwelk ik niet zoude ten huwelijk durven vragen, zonder het vooruitzicht te hebben, van haar eerlang een maatschappelijke positie te verschaffen, geëvenredigd aan die, waaraan zij gewoon was.

Ten eerste de nog bijkans geheel traditioneel-chevalereske vereering van het lieflijke meisje, waarbij men eigenlijk niet goed weet of haar uiterlijke schoonheid dan wel haar innerlijke deugd er het werkelijke motief van is, of begeerte dan wel zuivere bewondering den grondtoon er van vormt. Verwarring, verbijstering is het overheerschende gevoel dat Beatrice in Dante teweeg brengt.

Het meisje had ijlings, met een hemelsch ontstelde beweging, haar kleed neergetrokken, maar desniettemin was hij verstoord. Hij was wel is waar de eenige in de laan; maar er had iemand kunnen zijn. En zoo er iemand geweest ware! Kan men zich zoo iets voorstellen? 't Was ontzettend wat zij gedaan had.

»Hij kreeg mijn schaduw op den muur in 't oog, terwijl ik stond te luisteren, in de hoop dat te weten te zullen komenzei het meisje, »en niet velen zouden 't mij na gedaan hebben, hun uit den weg te blijven zonder ontdekt te worden. Maar 't lukte me en ik heb hem niet weer gezien vóór gisteravond.« »En wat gebeurde er toen?« »Dat zal ik u vertellen, juffrouw. Gisteravond kwam hij weer.

Van Bierenstag, die begreep toch iets te moeten doen, ten einde het meisje tot haar bewustzijn terug te brengen, nam een flacon met eau de cologne van den trumeau, bevochtigde zijn zakdoek en hield haar dien onder den neus. "Charmant! Vraiment! et bien galant," sprak eensklaps mevrouw Van Tal, terwijl zij vrij opzichtig voor hare jaren de kamer binnentrad: "Zoo mag ik het zien.

Er was eens een klein meisje: zij was eigenzinnig en wijsneuzig, en als haar ouders haar iets zeiden, gehoorzaamde zij niet: hoe kon dat nu goed gaan?