United States or Bangladesh ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik heb noodig een man van de daad, een man van het zwaard, dien ik leiden kan, had hij reeds vroeger gezegd; hij had het oog laten vallen op den jeugdigen, talentvollen generaal Joubert, doch deze was bij Novi gesneuveld. Toen had hij Moreau trachten te winnen, maar was afgestuit op diens aangeboren rechtschapenheid en besluiteloosheid. Thans zag hij Bonaparte tot hem komen.

Zij had haar shawl afgeworpen, maar haar hoed opgehouden; haar man, achter haar gehurkt, was schier onzichtbaar onder den gevallen shawl, en zij dekte hem met haar lichaam, terwijl zij met beide handen den straatsteen boven haar hoofd hief, als een reuzin die een rotsklomp wil slingeren. "Neemt u in acht!" riep zij. Allen deinsden naar de gang.

Hij verliet de sakristie, om naar zijn pastorie te gaan, waar in de voorgalerij een achttal vrouwen op de banken gezeten en een man, die heen en weer liep, op hem wachtten. Toen ze hem zagen aankomen, stonden de vrouwen op en een vrouw trad op hem toe, om hem de hand te kussen. Doch de geestelijke maakte zulk een gebaar van ongeduld, dat ze midden op haar weg stil bleef staan.

"Ter wille van Helmond," zoo vervolgt Eva, "zal ik mijn best doen om den man, die uit trots en schrielheid de jonge vrouw van zijn pleegzoon met onheuschheden overlaadt, niet al te zeer te.... verachten. Ik ben van plan zijn hostile houding met de grootstmogelijke onverschilligheid te beantwoorden.

De burger biedt nog eenige malen en ziet zijn mededinger daarbij verachtelijk aan; maar de man met het ronde hoofd wint het van hem in hardnekkigheid en geheime zwaarte van beurs; en de strijd duurt nog maar een oogenblik; de hamer valt hij heeft het meisje met lichaam en ziel, als God haar niet bijstaat. Haar meester is Mr. Legree, eigenaar eener katoenplantage aan de Roode rivier.

Ik ben er de man niet naar, om voor drie of vijf Indianen in mijn schulp te kruipen; ik hou er ook niet van, te jammeren en te weeklagen, zoodra het mij eens niet voor den wind gaat; maar bij die gelegenheid was er geen zweem van hoop meer, en ik was letterlijk radeloos.

»O neen," antwoordde zij, »maar ik hoor nog iets anders hoort ge 't niet?" De oude man schudde het hoofd. »Ik hoor hemelsche zangen zangen der engelen!" kwam het van haar veege lippen. Doch waar de engelen zingen, past ons heilig ontzag, en de oude Kloppers en zijn zonen ontblootten eerbiedig het hoofd.

Dek z’n gezicht maar gerust toe,” antwoordt de hokkebaas en een derde legt een tip van ’t laken over ’t gelaat van den ouden man, dat met de half gesloten oogleden, nu ’t volle zonlicht er op schijnt, een vreemde, akelige uitdrukking krijgt, door ’tschminken de onafgewasschen grimeerlijnen. „Wat ziet ie er raar uit: z’n gezicht is beschilderd!” roept er een uit den hoop.

ORATYN. Hoe, moet men altyd op verloore schiltwacht staan, Een man bewaaren die niet doed als schreeuwen, tieren? ’k Loof ’t is een tovenaar, zo duivels kan hy gieren. WOUTER. Wat zegje! ORATYN. Hoor, ik zet hem bevende van kouw, En geeuwende van vaak, hoe dat ik slaapen wou, Geef een Request in, zei hy weêr, dat jy wilt slaapen.

"Pardon, mijnheer," antwoordde de jonge man kalm. Mijnheer Bernard keek om zich heen, doch zag slechts de groote kamerschutten, waarover de concierge ook al zijn hoofd geschud had. "Wat, pardon .... wat ...." mompelde hij, "maar ik zie niets."