United States or Andorra ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik herhaal: de echte Dorus Makko is gevonden en..." "Och! wat uwè zeit! Kan hij dat bewijzen? Heeft hij pampieren?" "Neen." "Nou, dan staat het nog te bezien, wie liegt: hij of ik. "Ik zou wel eens willen zien, wie de brutaligheid heeft om te zeggen, dat deze jongen niet Makko's zoon is." "Daar zal ik je dadelijk gelegenheid toe geven."

, , , hij zal er niet veel aan hebben, als het zoo is. Daar is de brief en het portretje; nu zal ik hem toch eens even lezen: 't is altijd goed om op de hoogte te zijn; en het portretje," hij hield het bij 't licht "nogal een goed gezicht: hij lijkt wel wat op Makko. Waarachtig! hij lijkt er veel op; alleen schijnt hij donkerder van haar te zijn. 't Kan best een broer zijn, best."

"Wat is er aan de hand?" vraagt een buurvrouw, die, achter de anderen staande in de kamer, met uitgerekten hals over hun schouders tracht te zien. "Makko heeft 't op zijn zenuwen," grinnikt iemand uit den hoop. "Daar blijft hij in," zegt verschrikt een der vooraanstaanden tot zijn achterbuur. "Och, ben je mal, hij komt wel weer bij zijn positieven," schreeuwt een vrouw terug.

"Hou hem goed vast, Manus," roept de kruier tot zijn makker, die, evenals hij, niet dan met de grootste moeite de armen van den hondenkoopman in bedwang kan houden. "Wees nou een beetje bedaard, Makko! Je verbeeldt het je eigen maar; er is geen bulhond, waarachtig niet,..." "Daar! daar! Zie je hem dan niet ... Daar vliegt hij op me aan ... Hou hem weg!

Hij draait den brief om en om, voor hij hem opent, breekt eindelijk het lak los, en als hij kennis van den inhoudt neemt, krijgt hij plotseling een kleur, voor zoover zijn taaie opperhuid daarvoor vatbaar is. Halfluid herleest hij: "Mijnheer! "Eindelijk is er licht gekomen in de erfenisaangelegenheid van wijlen Adriaan Makko.

De pandjesbaas is geheel en al vervuld met het denkbeeld van de vier ton, die hem volgens zijn meening nu niet meer ontgaan kunnen. Hij maakt in gedachten allerlei plannen, en het komt zelfs niet bij hem op, dat de echte Dorus Makko wel eens kon zijn te voorschijn gekomen.

Strijkman verdraait zijn oogen, zucht en zet een gezicht als een catechiseermeester. "Men heeft mij verteld, juffrouw, dat dit ongelukkig jongmensch niet de zoon van Makko, maar uw eigen zoon is." Verhagen ziet juffrouw Blommers scherp en uitvorschend aan. "Wa-wa-wa-t-zz-zegt u daar?" De weduwe verschiet van schrik, maar herstelt zich spoedig en lacht.

De societeit straalt van licht, alles is nog vol beweging en leven; in de koffiekamer zit dokter Abels in druk gesprek met de heeren Verhagen en Dankelaar, en herhaaldelijk noemen zij den naam van Dorus Makko, den zoon van den hondenscheerder....

En hoe nog meer?" vraagt Strijkman. "Makko." "Goed, heel goed." "Maar waarom heet ik nou Makko?" "O, kristenzielen! wat een os, wat een stommerd. Als hij dat dáár zegt, loopt alles mis." "Hij zal z'n eigen wel stilhouden, Strijkman, maak je maar niet benauwd. Wat ben jij toch voor een kerel, ba!..." "'t Is kwart voor elf... we moeten gaan.

"Dat is niet veel. Heeft u den man goed gekend?" "Jawel, meneer de avekaat; hij kwam zoo 's avonds wel, eens bij me inloopen 't was nogal een conversabel man en dan rookten we samen een pijpje en..." "En dronken samen een glas." "Excuseer, meneer! Ik gebruik hoogst zelden iets." "Die Makko anders wel, niet waar? Ik meen te hebben gehoord, dat hij zelfs in een aanval van delirium gebleven is."