United States or Cuba ? Vote for the TOP Country of the Week !


»Wat zijt gijlieden toch dwaas," sprak Zopyrus, die zich nu in het gesprek begon te mengen. »De een is, in strijd met alle Perzische gebruiken, vrijgezel gebleven; een ander trouwt niet, daar eene godspraak hem vrees aanjaagt; Bartja wil slechts éene vrouw hebben, en Darius zet een gezicht als een destoer, die de liederen der dooden zingt, omdat zijn vader hem beveelt gelukkig te worden met het schoonste maagdelijn uit gansch Perzië!"

Mijn dood, o Ysabele, zoude mij niet en komen van veldslag of tweestrijd, niet van draken of van reuzen, niet van queste of Aventure maar van een onnoozel en schamel maagdelijn, die eene princesse is en hoewel zij koninginne van de Noordhumbersche landen zal worden, Lancelot beminnen gaat, Guenevers amijs! O Gawein, hoe zoude ik Lancelot beminnen gaan, Guenevers amijs!

Zie maar dien krassen zes-en-zeventiger, met zijn doordringenden blik, zijn scherpgeteekenden neus en kortaf gebiedenden toon, die daar in gindschen hoek een roemer hippocras aanneemt, hem door een bekoorlijk blond maagdelijn aangeboden: dat is de eerste openlijke verdediger van het stelsel, waarvan het uitvoeren hem voor vijf jaren zijne plaats in de vroedschap en aan 's Lands Advocaat het hoofd gekost heeft Cornelis Pieterszoon Hooft, oud-geus, rederijker, maar vooral Amsterdammer in zijn hart: en de man met wien hij zich onderhoudt is zijn gewaad, hoe deftig, ja stemmig, zou 't ons niet verraden een Roomsch-Katholiek Priester; maar die Priester is Jan Albert Ban, tevens rechtsgeleerde, en bovendien wat hem hier zoo welkom wezen doet wijdberoemd musicus; een man, die, als Vondel van hem zingt,

Voorts moet Papa breed uitweiden over de welsprekendheid, die gij bezit, en waarmede gij zoo in een wip het hart van een onschuldig maagdelijn veroverd hebt, zoodat gij zeggen kunt als César: ik kwam, zag en overwon." "Ik weet niet," zeide mijn vader: "of het juist veel voor het oordeel van de Juffer bewijst, dat zij haar jawoord zoo spoedig aan dien Sinjeur gegeven heeft."

Lancelot, die is de amijs van de "fonteyne aller schoonhede", koninginne Guenever, bij wie ik alleenlijk maar een onnoozel en schamel maagdelijn ben; Lancelot, dien ik bewonder als een wigant van den Rijke van Logres, alleen vergelijkbaar met u, Gawein! Maar Ysabele, gij bewonderdet mij ook als een wigant van Logres' Rijk en Tafel-Ronde en toch zeidet gij mij, dat gij mij wel mindet!

Van zoo menig steenrotstop Rijst een aadlijk burchtslot op, Wuivend met banier en vendel, Waar het schoonste maagdelijn, Waard een Koningin te zijn, Wegkwijnt achter bout en grendel.

DE DUIVEL. Het maagdelijn is een mensch: zij kan tot God gaan en eene plaats voor Zijn aanschijn vinden. Ik, overwonnen, neergebliksemd en tot den afgrond gedoemd, ik alleen blijf eeuwig gebannen. Den verachtelijken lieveling is mijn ontnomen vaderland geschonken. En ik zou hem niet haten, niet vervolgen? O, te lang reeds gesproken! De nijd brandt gloeiend in mijnen boezem. Aan mij deze ziele!

Verder Jongen en Meisje met Meiske, Jongeling, Jöngeling, Jonkman, De Maegdt en Maagdelijn. Zonderlinge namen voor mannen moet men Meisje, Maagdelijn, enz. noemen. Maagdelijn en De Maegdt echter, vooral de laatstgenoemde naam, kunnen ook aan eenen huisnaam ontleend zijn.

U klinke ons lied, 's lands Hooge Vrouw, U, vorstlijk maagdelijn, 't Moge U de tolk van Brabants trouw, Van Brabants liefde zijn. klonk het in Mei 1894, bij het bezoek van H.H. M.M. de Koningin en de Koningin-Regentes, in Den Bosch den Vorstinnen uit volle borst tegemoet. En waar wij reisden in Brabant, overal vonden wij er trouwe gehechtheid aan ons vorstenhuis.

HET MEISJE. Ik sprake het woord, vreesde ik niet den Heer te vergrammen. DE DUIVEL. O, du bemins mij niet, wreede Rosa. Du verblijds dij in mijnen dood. Zie, daar begint mijn hart te bloeden van smart: zie, mijn hoofd zinkt ter aarde.... Haastig, haastig, dijn reddend woord! DE ENGEL. Rosa, Rosa, spreek niet, ongelukkig maagdelijn! HET MEISJE. Zal hij dan hulpeloos sterven, mijn arme vriend?