United States or Montenegro ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hij heeft haar altijd bemind." "Nu, wij zullen zien, wie van beiden het eerst den voet op het tapijt zet. Ik heb Kitty aangeraden het 't eerst te doen." "Dat zou nutteloos zijn," antwoordde mevrouw Lwof, "in onze familie zijn wij onderworpen aan onze mannen." "Ik heb er met voordacht den voet haastig opgezet en jij, Dolly?"

"Zijt ge niet bevreesd?" vroeg Maria Dimitriewna, een oude tante. "Ben je niet een weinig koud? Je bent bleek. Ga een oogenblik zitten!" zeide madame Lwof, haar schoone armen opheffend om een kleine afwijking, die in het kapsel harer zuster ontstaan was, te herstellen. Dolly naderde haar op haar beurt en wilde spreken, maar de ontroering belette het haar, en zij begon zenuwachtig te lachen.

Hij ontdekte evenwel, dat hij in een grove dwaling was vervallen door met zijn makkers van de universiteit aan te nemen, dat de godsdienst iets zonder beteekenis is; zij, die hij het meest genegen was: de oude vorst, Lwof, Sergej Iwanowitsch, Kitty, bewaarden het geloof hunner jeugd, dat hij zelf had gedeeld; de vrouwen in het algemeen en het geheele volk geloofden.

Onder deze menigte fraai gekleede dames en heeren met witte dassen werd veel gefluisterd, door de heeren vooral, want de dames waren verdiept in de beschouwing der honderd details dezer plechtigheid, waarin zij het hoogste belang stelden. Een groep intiemen omringde de bruid, en daaronder bevonden zich haar beide zusters, Dolly en madame Lwof, die uit het buitenland was gekomen.

Gedurende dien tijd wachtte Kitty in haar witte japon, langen sluier en den krans van oranjebloemen op het hoofd en in gezelschap harer zuster Lwof en de assistent-moeder in het salon te vergeefs, dat de bruidsjonker de aankomst van haar bruidegom kwam berichten.

"Ik ben dien tijd voorbij, Darja Dimitriewna," antwoordde hij en zijn gelaat drukte een plotselinge droefheid uit. Stipan Arkadiewitsch deelde zijn schoonzuster een woordspeling op de echtscheiding mede. "Men moest haar krans terechtzetten," antwoordde zij zonder te luisteren. "Hoe jammer, dat zij er minder goed dan anders uitziet, zeide mevrouw Lwof.

"Maar met dat al kan hij toch in haar schaduw niet staan, niet waar?" "Ik ben het niet met u eens, hij bevalt mij zeer, en niet slechts als schoonbroeder," antwoordde mevrouw Lwof. "Wat heeft hij een goede houding! Het is in zulk een geval zoo moeielijk niet belachelijk te zijn. Hij is niet belachelijk en niet stijf, men ziet, dat hij bewogen is." "Hadt je dat huwelijk verwacht?" "Zoo wat.