United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Nog niet!" riep Wouter van Lovendegem. "Want dan breek ik voor altijd mijn degen. Ik ken geen andere Heer dan de edele Gwyde van Dampierre!" "Mijnheer Van Lovendegem, uw trouwe liefde is mij hoogst aangenaam, maar hoor mij tot het einde met koelen bloede, Mijnheer. De Valois heeft Vlaanderen door de wapenen gewonnen en van zijn koninklijke broeder Philippe ten leen gekregen.

Ik verpand mijn eer voor de echtheid mijner woorden." "Hoort, Mijne heren," sprak Wouter van Lovendegem, "Diederik zegt ons de waarheid, Johanna van Navarra is bij de Koning, mits hij zijn trouw ervoor verpandt. De ongenadige Vorstin zal alles inspannen om onze zaak te bederven; en God weet welke middelen zij daartoe heeft.

Weldra kwamen de heren van Maldegem, van Rode, van Kortrijk, van Oudenaarde, van Heile, van Nevele, van Roubaix, de heer Wouter van Lovendegem met zijn twee broeders en meer anderen, ten getale van tweeenvijftig, beurtelings in de zaal bij de oude Graaf . Enigen derzelve waren in het slot tijdelijk gehuisvest, anderen hadden hun heerlijkheden in de nabijliggende vlakte.

"Mijne heren," riep Diederik heengaande, "indien gij enige tijding voor uw bloedverwanten naar Vlaanderen te zenden hebt, raad ik u dezelve spoedig klaar te maken, ik zal uw bode zijn!" "Wat zegt hij!" riep Wouter van Lovendegem. "Zult gij met ons niet ten Hove gaan, Diederik?" "Jawel, ik zal bij u en nevens u zijn; maar gij lieden noch de Fransen zult mij kennen.