United States or Ireland ? Vote for the TOP Country of the Week !


Met leede oogen zagen zij de visschers met hunne palingen heengaan, en Jan sprongen van spijt de tranen in de oogen. De burgemeester liet zijn blik nog een poosje op de jongens rusten, en zei toen ernstig: "Ontkennen baat niet langer, jongens. Je hebt je aan een ernstig vergrijp schuldig gemaakt en..." "Maar we hebben het niet gedaan," riep Jan uit. "Zwijg jongen, en lieg niet langer.

Hoe ver ben je?" "Alles is klaar, tante." "Tom, lieg niet! Leugenaars kan ik niet uitstaan." "Het is geen leugen. Alles is klaar." Tante Polly sloeg maar half geloof aan deze verzekering en ging naar buiten om zelve te kijken.

Eet jy nog 'n boteram of twee, want als je heel van Haarlem komt... onze Fem is aan de wasch, weetje, en als ze gehinderd wordt in haar werk... jeesis-maria, wat lieg ik!

Hij ging zijns weegs dat ik hem liet gaan! Doch ik dacht meer aan Eefje, die naast me staan bleef, maar geen woord sprak. "Eefje!" zei ik ten leste, "wat wou ?" "Hij vroeg me naar eene jonge jufvrouw, die bij ons logeert." "Lieg niet, Eefje!" bad ik haar; "mooije kleeren kan ik je niet geven, maar een goed man zou je aan Wouter gehad hebben, en dat is meer dan die lichtmis me kan nazeggen."

Het was met den meester toch altijd een strijd op leven en dood, en ieder uurtje gestolen vrijheid was winst. Wat zullen mijn kameraden, medeschoolblijvers hebben opgezien, toen ik niet terugkwam. En wat zal de meester met lieflijkheid mijn pet hebben gekoesterd. Het lijkt me, nu ik dit schrijf meer dan veertig jaar later, het lijkt me, of ik alles lieg. Is het mogelijk een fantasie?

"Om ons in te sluiten tusschen hen en de Utahs, die in het Hertendal kampeeren." Het was duidelijk aan Vuurhart te zien, dat hij schrikte. Maar hij herstelde zich dadelijk, en zei: "Mijn blanke broeder heeft dat waarschijnlijk gedroomd. Ik weet niets van alles wat hij zegt." "Lieg maar niet! Wij hebben zeer goed de teekens gezien, die de twee jonge hoofdmannen u met het dekkleed gaven.

"Ik heb niets verraden!" betuigde de Roodhuid wanhopig, want hij stond reeds tot aan zijn knieën in het water. "Lieg niet!" "Laat mij boven komen! Bedenk, dat ik altijd uw vriend geweest ben!" "Neen, gij blijft beneden!" Nu liet zich een andere stem hooren, namelijk die van Old Firehand: "Laat hem boven komen! Er is reeds genoeg verschrikkelijks gebeurd. Hij zal zijn schuld bekennen."

Ik heb het je ééns gezegd, eens vooral, ik heb je ééns gezegd: neen, neen, neen! en je vraagt het me weêr, je vraagt het me weêr! Denk je, dat ik lieg? Waarom denk je dat! Heb je ooit aan me kunnen merken, dat ik loog? Ik zeg je van neen, en het is dus neen! Maar je twijfelt toch, je blijft er toch over nadenken en tobben als eene oude vrouw ... Waarom neem je de dingen niet zooals ze zijn?

Gij!? Kerel! spreek.... lieg niet: waar hebt gij dit portret bekomen?" Een zoo overgroote verrukking had de aangesprokene zich niet durven en kunnen voorstellen. Die vraag trouwens, viel hem niet zoo gemakkelijk te beantwoorden.

"Klapperpooter, meneer, en bediende bij mijn schoonmoeder." "Wie heeft je gelast de kazerne aan te vallen?" "Niemand, meneer!" "Hoe zoo niemand? Lieg niet, hoor, of je gaat ook in de put. Wie heeft je gelast? Zeg de waarheid!" "De waarheid, meneer!" "Wie?" "Wie, meneer?" "Ik vraag je wie je gelast heeft oproer te maken?" "Welk oproer, meneer?"