United States or Hong Kong ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ook kan men er zeer fraaie kroonboompjes van krijgen, die in het gras niet onaardig staan. Vooral in den winter doen zij zich zeer gezellig voor, en ruimte van beteekenis nemen ze niet in. Volgen de Conifeeren of kegeldragende gewassen, een plantengroep die over de geheele aarde verspreid en dan ook zóó uitgebreid is, dat men er een bepaalde studie van moet maken om haar goed te kunnen overzien.

Kleine struik- en pyramideboompjes kunnen zich uit stekken reeds gedurende één zomer ontwikkelen; wil men echter kroonboompjes kweeken, dan duurt dit verscheidene jaren.

In struikvorm gekweekt, heeft men alleen genot van jonge planten, daar zij, ouder geworden, haar onderste bladeren laten vallen en dan een minder mooi voorkomen verkrijgen. Kweekt men er stamboompjes van, dan is zij vele jaren een dankbare bloeister. Uit de, in het voorjaar, gestoken stekken laten zich het eerste jaar reeds aardige kroonboompjes kweeken.

Snijdt men bij zoo gevormde kroonboompjes de bloemen geregeld des zomers weg en zet men ze des winters op een lichte plaats, dan zullen zij den ganschen winter door bloemen geven. Geheel op dezelfde wijze kan men ook van Fuchsia's in den zomer kroonboompjes kweeken.

Deze kroonboompjes plant men in kuipjes of groote potten, waarin zij, wanneer men ze nu en dan giert, jarenlang kunnen staan. Zulke kroonboompjes kunnen inderdaad prachtig bloeien. Voor dezen kroonvorm leent zich bij uitnemendheid de Fuchsia gracilis. Enkele Fuchsia's zijn door haar groeiwijze zeer goed geschikt voor ampelplanten.

Snoeit men een Roos te kort, dan wordt te diep in het rijpe hout gesneden, en het gevolg is een arme bloei; snoeit men ze echter te lang, dan komen de onderste oogen der te lang gesnoeide twijgen niet tot ontwikkeling en de struiken of kroonboompjes blijven dan van onderen geheel kaal, wat niet erg mooi is.

Zij groeit daar onder de dichte bladerkroon en tusschen rottende plantenstoffen zeer welig; bij wijze van uitzondering wordt zij ook wel tegen vochtige wanden aangetroffen. De in den handel voorkomende Epiphyllums zijn voor het meerendeel kroonboompjes; die door veredeling op kleine, slanke stammetjes van andere Cactus-soorten meestal Peireskia's staan.

Een liefhebber doet het best zich jonge, goed gevormde pyramide- of kroonboompjes aan te schaffen; men behoeft er dan slechts voor te zorgen, de planten door een goede behandeling gezond te houden. Daar de Laurier een zeer harde plant is, die best enkele graden vorst kan verdragen, behoort zij onder de eersten, die in het begin van April buiten worden gezet.

Wenscht men groote bloemen te hebben, dan moeten, zoodra de knopvorming begint, steeds al de zijknoppen weggebroken worden, zoodat men op iederen scheut slechts één knop behoudt en al het voedsel der plant ten gunste dezer knoppen komt. Deze bewerking past men zoowel op de kroonboompjes als op de struiken toe. Van grootbloemige soorten kan men op de volgende wijze reusachtige bloemen verkrijgen.