United States or Uzbekistan ? Vote for the TOP Country of the Week !


Juffrouw Erving en de predikantsvrouw knikten elkander vriendelijk toe, en toen Selldorf de talrijk opgekomen schaar overzag, verbeeldde hij zich, dat aller blikken op zijne beminnelijke buurvrouw gevestigd waren. Deze zat intusschen met gebogen hoofd, de handen in den schoot gevouwen, en hare lippen bewogen zich zacht; haar buurman meende zelfs eens eene traan op het witte kleed te zien vallen.

Het zal het beste wezen, dat ik je naar huis breng.» «Maar de wasch dan?» «Ik zal wel voor de wasch zorgen. Komaan! geef mij maar een arm! De jongen kan wel hier blijven en oppassen, totdat ik terugkom, dan zal ik het overige wel wasschen: dat is immers maar een kleinigheidEn de knieën der waschvrouw knikten.

Waarschijnlijk waren er eenige bedaagden onder; maar zij, wier schouders zich nog niet kromden, wier knieën nog niet knikten, maar de overigen, die zulk eene gelegenheid niet aangrepen om zich zelve onafhankelijk te maken, hoe duidelijk bewezen zij het verval van den volksgeest, die Jan weleer van zijne naburen onderscheidde!

De dikke man en de vrouw zagen dat spelletje gemoedelijk-glimlachend aan en als van zelf begonnen zij weldra een praatje over 't hondje met den generaal en de twee dames. 'n Mooi diertje, 'n duur hondje, zei de man, Rikiki monsterend met kennersoogen. De generaal en de twee dames knikten gewichtig, bekenden dat het inderdaad een heel kostbaar hondje was.

Hij gevoelde zich als zinneloos! Zijn knieën knikten, hij had zelfs den tijd niet te overleggen, zoo snel ontwikkelde zich het tooneel dat hij voor zijn oogen had. 't Was als een hoos, waarvan hij zich beheerscher had gewaand en die hem medevoerde. Een oogenblik meende hij te bezwijmen.

'k Hoorde uit uw mond het eerste woord Mij staamlend tegenklinken. Vaarwel! Gods zegen hoede u steeds, Moog' immer voor u blinken! En al de vogels zongen mee, de bloemen dansten op de stelen, en de oude boomen knikten, alsof Ole Luk-Oie hun ook sprookjes vertelde. Woensdag. O, wat stroomde de regen daar buiten neer!

Waar, wie dan? Daar in de stalles.... Vincent.... zie je niet! Vincent! herhaalde Betsy, eveneens verbaasd; o ja, Vincent!! Zij knikten beiden Vincent toe, die haar schertsenderwijze met zijn binocle begon te fixeeren, waarop Eline zich coquet achter haar waaier verborg. Wie, wie is dat, wie is Vincent? vroegen Emilie en Georges. Vincent Vere, een eigen neef! antwoordde Betsy.

Nele antwoordde: Zwijg, 't is de man dien Katelijne mij geven wil. Soetkin en Nele hoorden Katelijne plotseling schreeuwen, en heure beenen knikten van schrik. Hij slaat heur om mij, sprak Nele. Wie is er in huis? riep Uilenspiegel, uit zijn bed springend. Vervolgens liep hij door de kamer tot dat hij een zwaar stookijzer gevonden had, dat in eenen hoek lag.

't Is al haast tien uur en jullie hebt nog niks uitgevoerdDen wenk gehoorzamend, knikten de jongens tegen Nancy, namen hun hoed en gingen de kamer uit; de Vos en zijn levendige vriend maakten onder het heengaan de noodige grappen aan het adres van Tom Chilling.

Uit hun oogen sprak echter duidelijk wantrouwen in de bedoelingen van den blanken man. Ze konden zich niet voorstellen, dat deze hen zou laten leven. Was dat misschien nog niet veel erger? Zouden ze niet gemarteld en gepijnigd worden? Dan verkozen ze nog liever een snellen dood! »Hebt ge mij verstaan en goed begrepen?" vroeg Kees, hen één voor één in de oogen ziende. De mannen knikten.