United States or Iraq ? Vote for the TOP Country of the Week !


Bij het akelig gekerm der binnentredende, sprong de maagd ijlings op, terwijl de kranke zich in de bedstede oprichtte. «Om Gods wil, bedaar, vrouw Katelijne, bedaarsprak het meisje, maar de vrouw schreide maar immer door en bedekte het aangezicht van haar Betteken met tranen en kussen.

«Wij ook zijn ongelukkigvervolgde zij op de kranke wijzend, «maar eigen leed heeft bij ons de liefde niet uitgedoofd, die wij onzen evenmensch verschuldigd zijn.» «Er is nog brood in de schapraaisprak de zieke moeder, «Livina, zet het Katelijne voor en warm heur wat melk. »

Op hun bevel stapte Katelijne er in: de beul stond recht in de boot en hield Katelijne vast, en, op een teeken van den provoost met de roede der justitie, smeet hij ze in de vaart. Zij spartelde, doch niet lang, en zonk nog roepende: Hans! Hans! help mij! En het volk zeide: Die vrouw is geene tooveres.

Doch Katelijne sprak: Vier en drie, ongeluk onder Saturnus; onder Venus, een bruiloftgetal. Koude armen! Koude knieën! Een herte van vuur! Soetkin antwoordde: Gij moogt van die leelijke heidensche afgoden niet spreken. Katelijne hoorde dit; zij sloeg een kruis en sprak: Gezegend zij de grijze ruiter. Nele moet een man hebben, een schoonen man met een zweerd, een zwarten man met blinkend gelaat.

Livina sloot de oogen en meende te sterven, maar eensklaps stiet Katelijne een ontzettenden kreet van wanhoop en smart uit, trok Livina bij den arm mede in de richting der Waaistraat. De knieën van het meisje knikten en toch volgde zij hare gezellin.... Was het zinsbedrog?

Doe het vuur weg, sprak Katelijne; mijn hoofd brandt. Kom terug, Hansken, mijn liefste! En Nele keek droevig naar Katelijne; en zij bad Onze-Lieve-Vrouwe, de Heilige Moeder Gods, dat zij het vuur der uitzinnigheid uit heur hoofd zou wegnemen; en zij weende over heur.

Zij liep naar beneden en opende de deur, en Katelijne kwam haastiglijk binnen en sprak: Red mij! red mij! De wolf! de wolf! En Nele hoorde, van verre in het veld, een akelig, schor gehuil. Sidderend stak zij al de lampen en keersen aan, die zij vond. Wat is er gebeurd, Katelijne? vroeg zij, heur in de armen drukkend.

Doet ze niet sterven, heeren rechters. Laat de uitzinnige heur treurig leven eindigen in vrede. En Katelijne sprak: Nele is stout, ge moet ze niet gelooven, Hansken, mijn vriend. En in het volk weenden de vrouwlieden en riepen de mannen: Genade voor Katelijne!

Dienvolgens vraag ik aan de heeren van de vierschaar of zij niet van oordeel zijn, beiden ter torture te stellen? De schepenen antwoordden niet, daardoor beduidende, dat zij niet van dat oordeel waren, wat Katelijne betrof.

Zoo geraakte ik los, en kwam ik bij Soetkin vluchten. Katelijne herhaalde gedurig: Nele is stout. Waarom zijt gij zoo gauw vertrokken, Hansken, mijn liefste? Waar waart gij, slechte moeder, sprak Soetkin, terwijl men de eer van uw kind wilde rooven? Nele is stout, zegde Katelijne.