United States or Papua New Guinea ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ach, indien morgen onze graaf Willem Van Loo zich voor Brugge met het Kerlenleger aanbood, zou hij degenen niet veroordeelen die den vijand dezen burg hebben overgeleverd, wanneer zij hem nog weken lang konden verdedigen?" "Ja, gij hebt gelijk, vriendinne; maar de proost en de kastelein hebben het zoo gewild.

"Wij komen met een zieke," zei Pols tot den kastelein, "iemand die bijna doodgevallen is; dus zouden wij gaarne eene goede kamer hebben, maar liefst niet voor aan 't huis, waar de drukte van de passage is."

Ik heb Mijnheer Van Bethune gezien en gesproken, zijn lot is door de goedwilligheid van de Kastelein verzacht, en hij verzoekt u om zijnentwille niet te wenen." "Vertel mij toch wat hij gezegd heeft, Mijnheer De Vos? Laat mij weten hoe zijn kerker is, en wat hij doet, opdat ik mij, bij het horen van zijn dierbare naam, moge verheugen?"

"Ik weet waar hij zich ophoudt: hij zal een bijzonderen brief van mij ontvangen en in vrede blijven, ten minste tot den dag van den Hoop. Hij heeft mij dit reeds plechtig beloofd." "Alzoo, wij hoeven ons te bereiden tot den oorlog?" vroeg de kastelein. "Bereiden, voorzeker", antwoordde hem zijn broeder de proost, "maar die noodlottige worsteling is nog niet volstrekt onvermijdelijk.

De kastelein was aan het hoofd gekwetst en verzekerde nu glimlachend zijnen makkers dat zijne wonde slechts oppervlakkig en niet erg was. Eensklaps traden van onder de zijbeuk een bazuinblazer en een wapenbode vooruit. Deze laatste stelde den Kerels eenen wapenstilstand tot den avond voor, om de gekwetsten te kunnen oprapen en de dooden buiten de kerk te voeren.

Des anderen daags, zoohaast het klaar dag was geworden, had de kastelein Hacket aan alle kanten boven de muren een zeker getal schildwachten gesteld, en dan de horens doen blazen en bevel rondgezonden, dat alwie zich binnen den burg bevond, op het plein zou vergaderen.

De Kastelein die hem moet bewaren, is een oude krijgsman die zich in de oorlog van Sicilië ridderlijk heeft gedragen, en onder de banier van de zwarte Leeuw heeft gevochten. Ook is hij Mijnheer Robrecht veeleer een vriend dan een bewaarder." Adolf luisterde met de grootste nieuwsgierigheid: menigmaal kwamen woorden van blijdschap op zijn lippen doch hij weerhield zich.

Nadat zij aan den kastelein het gebeurde hadden verteld, zeiden zij hem met de innigste overtuiging en de nederigste oprechtheid: De moordenaars van de predikanten zijn geenszins Uilenspiegel en zijn trouwe vriend Lamme Goedzak, die maar naar den Regenboog gekomen waren om zich te vermaken. Zij hebben zelfs reispassen van den hertog en wij hebben die met eigen oogen gezien.

Zijn voorbeeld werd door de anderen spoedig gevolgd; geen hunner scheen lust te gevoelen om de koude bovenkamers te betrekken, en dus werd de warme gezelschapszaal tot slaapvertrek ingerigt. De kastelein beloofde, zoo het noodig was, hen bij tijds te zullen wekken, en in de overtuiging hiervan sliepen zij gerust in.

Vervolgens schreef hij naar den raad van Vlaanderen, naar de schepenbank van Kortrijk en naar andere vierscharen om hun kond te doen, dat de ware moordenaars ontdekt geweest waren. En hij legde de zaak uiteen van 't begin tot het einde. Dat deed al die van den Raad van Vlaanderen en van de smalle vierscharen sidderen en beven. En de kastelein werd om zijne scherpzinnigheid geloofd en geprezen.