United States or Mauritius ? Vote for the TOP Country of the Week !


Twee schelle,verblindende lichtbundels doorboren den donkeren nacht! Hun felle gloed valt volop op den vijand en... even is er een stilte, door een plotselingen, langen schaterlach gevolgd! Wat daar aan den overkant van 't water langs het jaagpad rijdt, is een gewone bierkar!

't Is stil en donker... De loopgraven strekken zich uit langs het kanaal, in een diepte, achter den berm van het begrinte jaagpad. Daarin liggen de burgerwachten... Sinds den vroegen middag liggen zij er verscholen, wachtend op den vijand. Den ganschen dag heeft in de verte het kanon gebulderd.

Met zulk eene warmte, zóó zwaar te trekken, en daarbij nog een persoon op zijn rug te dragen, 't ging zijn krachten te boven, en het arme dier snakte naar den adem, stond jammerlijk hijgende stil, deed weder op een vernieuwde aanporring van zijn berijder, eenige waggelende schreden, doch ternauwernood was Geurt die nu eerst besefte dat Hans het te kwaad kreeg van zijn rug gesprongen, of het oude paard wankelde ter zijde, stak den neus in de lucht om zoo mogelijk ruimer te ademen, rilde een.... twee.... driemalen, en toen toen knikten zijne knieën en viel de arme stakker op het jaagpad neder.

Zoo gaat het dan weer op Haarlem aan door het Spaarne, nu met de uitgestrekte weilanden aan onze linkerhand, langs het in 1842 aangelegde jaagpad van Haarlem naar Spaarndam en den ouden, grooten heirweg van Kennemerland naar Alkmaar. Die naam Kennemerland herinnert aan het vele schoon in de omstreken van de grijze Spaarnestad, het mooie, dat overal in ons land en daarbuiten wordt gewaardeerd.

Hij was zoo goed om een plank uit te leggen, waarover ik met mijn troepje aan wal ging. Al spelend met mijn honden en Joli-Coeur, springend en loopend en in de boomen klimmend, ging de tijd spoedig voorbij en toen wij terugkwamen, stonden de paarden reeds aan de lijn gespannen en vastgemaakt aan een populier op het jaagpad. Een klap met de zweep was voldoende om hen te doen voortgaan.

Slechts een tien minuten gaans van Water-zicht ligt, mede aan den zandweg, welke de vaart of kleine rivier tot oever, en den schuitenjagers tot jaagpad verstrekt, de grootste buitenplaats uit den omtrek, het fraaie Rozen-Hove van den baron Tolenveld.

Hij kwam met zijn roeibootje naar den wal en zei: "Stap maar in, jongens!" Dat lieten ze zich geen tweemaal zeggen. Weldra waren ze nu met hun vieren in de boot, en de oude Pels trok nog zoo stevig aan de riemen, dat een voetganger, die nogal goed doorstapte en langs het smalle jaagpad liep, het bootje niet bij kon houden. En toen ze op de plassen kwamen, wat hadden ze toen een pret!

Op den rechter-oever vertoonde zich toch een voetpad een soort van jaagpad, waarlangs het mogelijk was een heel licht vaartuig tegen den bovenstroom op te halen.

En op het jaagpad kwam een paard aansukkelen, nat en ruig in zijn oud tuig, met een moe-bengelenden en afgeleefden kop, de tong uit den mond; de jager liep er naast, een verweerd man in een nat zwart pilo-pak, tegen het paard aangedrongen, schoorloopend tegen de schoft van het oude knollebeest, om het zoo te houden binnen de smalle krommende baan van het jaagpad.

De paarden stapten voort op het jaagpad en zonder dat wij eenige beweging gevoelden, gleden wij zachtkens over het water. De twee dichtbegroeide oevers spoedden ons voorbij en men hoorde geen ander gedruisch dan van het lekken van het water tegen het schip, dat zich vermengde met het rinkelen der schellen, die de paarden om den hals droegen.