United States or Burundi ? Vote for the TOP Country of the Week !


Ik dankte den Hemel uit den grond van mijn hart, dat zij in hare onschuld mij zóó had misverstaan; ik had gelukkig nog genoeg tegenwoordigheid van geest om mij te redden en haar gedachtenloop te vatten; ik begreep dat ik reddeloos verloren moest zijn bij haar, als zij raadde welk vermoeden mij een oogenblik had bezield.

"Maar," zei ik, "om op onze kostbare parels terug te komen, ik geloof niet dat eenig vorst er ooit zulk een kostbare bezeten heeft als kapitein Nemo." "Deze?" vroeg Koenraad, terwijl hij op het prachtig kleinood in de glazenkast wees.

Het is niet, dat zij mij geheel en al den dienst ontzeggen, maar tegenwoordig zijn er maar enkele uren waarin ik ze kan uitslaan." »Dat had ik van uwe jeugd, die uw schoonste bezit is, niet verwacht," sprak de Koningin. »Doch het is goed zóó. Ook ik, al is het lang geleden, was eens een kind, en mijn verbeeldingskracht steeg in dien tijd hooger dan de vlucht eens adelaars.

»Ik weet het niet, Heer," was het antwoord. »'t Schijnt mij toe, dat de plundering zich tot den Zuiddijk heeft bepaald, althans verderop bespeur ik nergens brand." »Ik ook niet, Gode zij dank!" mompelde Heer Jan. De vluchtelingen vervolgden hun tocht. Zij waren thans bedelaars geworden, die zelfs geen dak meer hadden, waaronder zij rusten konden. Zij trokken verder, zonder te weten waarheen.

De God van al die menschen, die zullen zeggen: "Dat had ik van jou niet gedacht," als je nog eens probeert te leven en die zullen zeggen: "Dat had ik altijd wel gedacht, dat kon niet goed gaan," als je later in 't werkhuis moet.

"Na een' avond, dien ik in haar gezelschap had doorgebracht, nadat ik hare aanraking gevoeld had, begreep ik dat tusschen mij en die vrouw een band werd geweven, waartegen niet viel te strijden. "Toch heb ik mij verzet.

Hij zegt niets, maakt geen gebaar, schreeuwt geen bedreiging uit. Ik rijd maar door, en doe mijn uiterste best om kalm en mooi te rijden. Wie weet: misschien interesseert het hem, misschien kan d

"Deze Servische oorlog heeft God ons beschikt, want die is zijn redding! Ik ben al oud en begrijp van den staatkundigen toestand niet veel; men zegt: ce n'est pas très bien vu

Eindelijk hield hij in iedere hand een gouden schotel, en sleepte zich zoo de deur der schatkamer uit, terwijl hij bijna onder zijn last bezweek. Maar nauw was hij buiten, of hij zeeg neder. Nooit heb ik hartelijker gelachen, dan dien dag." »En gij liet hem die schatten behouden?" vroeg Rhodopis.

"Of liever gezegd, zij beschouwt zulk een genegenheid als ondenkbaar, geloof ik." "Ik geloof ook, dat zij er zoo over denkt. Doch hoe ze dat kan doen, zonder als 't ware een blaam te werpen op het karakter van haar vader, die zelf twee vrouwen heeft gehad, dat begrijp ik niet.