United States or Morocco ? Vote for the TOP Country of the Week !


«Bij mijn ziel, ja, heertje," antwoordde ze huilerig; «'t is mijn derde en Maria is de oudste." Ze wees op de jonge moeder die met het hoofd tegen den muur in slaap was gevallen. Op haar knieën rustend in de open hand, sliep haar zuigeling. «En waar is de vader?" vroeg de eerste verder. «Dood, heertje," zei ze, «verleden jaar gestorven aan de cholera."

Mevrouw Holman kreeg nu weer een indruk van aarzeling bij hem. Zij wilde het nog eens probeeren. Ze beet zich op de lip, als om zich goed te houden, en liet een paar droge snikjes hooren. "Dus je meent het?... Nou dan vind ik je vreeselijk onhartelijk, hoor! voor je broer, en voor je moeder," zei ze met een huilerig piepstemmetje. Paul pakte de krant, die op tafel lag.

Bij het beschrijven van een kampong vol Papoea's mogen de honden niet vergeten worden. Mager, schurftig, huilerig en laf, zijn ze desondanks de onafscheidelijke metgezellen der wilden. Hoort of ziet men ergens in de wildernis een hond, dan kan men er zeker van zijn, dat menschen in de buurt wonen; omgekeerd kan men bij menschen steeds honden verwachten.

Daar, plots van 'r stroefheid ontdaan, begon ze huilerig 'r dorre handen te wrijven, zwaar-hijgend en kreunend. "Wanneer", sprak Druif en z'n hand sloeg naar de tafel dat de gulden rinkelde: "wanneer krijgt 'n rechtschaffen man 't in z'n hersens in z'n hersens, zeg 'k! om mezoesos van 'n deurpost te trekke?"

Ze had gedacht, dat ze er alleen nog maar wat in was gebleven, omdat ze dien nacht slecht geslapen had, en 't stelde haar hevig teleur, toen Else huilerig zei: "O, nee; ik voel me zoo vervelend, en m'n hoofd is zoo raar; toen 'k daar net even uit bed was, dacht ik, dat ik om zou vallen; en ik heb ook heelemaal geen trek." "Heb-je 'n boterham gegeten en je eitje?"

"Zou hij?" hoopte Go, maar de juffrouw vertelde huilerig, dat meneer Beerenstijn boven was; wat zij er toch van dachten, "zoo'n dierbare meneer."

Ge zij zot! ge zij zot! ge zij zot! Maar Sieska liet zich daardoor niet uit het veld slaan. Haar schrille stem, die aanhoudend de zijne overschreeuwde, werd klagerig en huilerig; zij viel aan 't zuchten en aan 't snikken, en eindelijk moest zij haar verdriet ook buitenshuis gaan luchten.

Achter bleef ze in 't schemerdonker, soezend voor zich heen. Nat werden d'r oogen, wazig. Ze wist niet waarom. Ze had 't niet kunnen zeggen. D'r kwam 'n malle, vreemde weemoed, 'n huilerig gevoel van meelij over d'r. Donkerder werd 't. Moeder bleef slapen. De vormen van meubels en kermisgerei, vreemder, vager.

't Knetterend kaarslicht kaatste flauw in den spiegel. Ze had de deur op slot gedaan, bang voor den vreemden man in huis, soesde voor zich heen, triestig, met een huilerig gevoel van onvoldaanheid. O God! O God! Plots was ze helder wakker, duwde 't hoofd in de kussens, snikte zoo hartstochtelijk, dat 't lichaam in rukken bewoog.

Eindelijk mocht Marie gaan zitten en aardappelen-schillen. Binnen praatte druk de Juffrouw tegen Wilmpje, die zijn pap niet eten wou en huilerig was van het vreemde in huis. Met een koortsigen ijver had Sprotje haar verschillende taken volbracht.