United States or Vanuatu ? Vote for the TOP Country of the Week !


Om die helden was vrouwelijkheid, nog vóór hun oogen de vrouw hadden gezien. Brunhilde volgt Siegfried in den dood, ook Siegrune legt zich bij Helgi in het graf, en het geeft hem de macht naar Walhalla te rijden, en Siegrune leeft niet lang meer daarna.

Uw leven is ten einde, en de Doodsgodin gaat over het veld en grijpt Grijswolks zonen, allen." Toen ging zij verder en kwam tot Helgi. En zij zeide tot hem: "Heil u, Helgi. Gij moogt u verheugen, gij lieveling van den Zonnegod. Den grimmigen Hadubrant hebt gij verslagen: nu zijt gij heer over beiden, over roode ringen en over het rijke meisje, mij.

Ik weet niet of ik ooit zal wederkeeren, maar als ik val, loopt het lot u misschien ten goede." Helgi sprak aldus, omdat hij een voorgevoel had van zijn dood, en omdat hij vermoedde, dat zijn eigen beschermgeesten hem verlaten en Hedin hadden opgezocht, toen hij die vrouw op een wolf zag rijden. De koning, die Helgi tot den strijd had uitgedaagd, heette Alf.

Toen Helgi van het blonde meisje hoorde spreken, dacht hij aan Svaba, de Walkure, en hij vroeg: "Zeg, Ringgerd, was zij alleen, toen zij mijn schepen redde, of stonden anderen haar bij?" Ringgerd zeide: "Er waren drie rijen meisjes, maar voorop reed er een in helderen glans en zij droeg op het hoofd een helm.

En in den noordelijken sagevorm, waar Helgi de zoon van Zwaardwacht is, heet Sieglinde zijn moeder. Maar afgezien van deze namen, die, door de in onderlinge wisselwerking met elkander staande overleveringen der Germanen van het Noorden en het Zuiden, kunnen zijn verward, de Helgi's en Siegfried zijn de zonnehelden, tot helden geworden zonnegod.

Goentmond vertelde hem, dat er een groote vloot aan het strand was gekomen, dat vijftien legerscharen aan land waren gegaan, terwijl er nog zevenduizend mannen aan boord van de schepen waren, en dat Helgi uitdaagde tot den strijd. Toen sprak Hadubrant: "Zend ijlings boden op snelle paarden over heel den omtrek uit, roep uit alle omliggende landen de koningen en helden bij elkaar.

En zij zeide tot Helgi: "Van wien zijn de schepen, die daar op de wilde golven liggen? Waar behooren al deze helden thuis? Waarheen wilt gij nog verder zeilen?" Helgi antwoordde haar: "Het zijn Hamal's schepen, die daar op de wilde golven liggen. Het eiland in de zee is ons tehuis, en naar het Oosten willen wij verder zeilen."

Uit vele wonden vloeit mijn bloed, het scherpe zwaard heeft mij zoo dicht bij het hart getroffen. Luister geliefde, neen, ween nu niet, vervul dezen wensch: neem Hedin tot u, heb Hedin lief, maak zoo den jongen held gelukkig." Doch Svaba antwoordde hem: "Weet gij nog wel, mijn Helgi, wat ik u beloofd heb, toen gij mij uw gouden ringen gaaft?

Goedroen, een van de oorlogsmeisjes, werd zoo getroffen door den moed dien Helgi ten toon spreidde, dat zij hem openlijk zocht en beloofde zijn vrouw te zullen worden. Slechts een van het Hundinggeslacht, Dag, bleef in leven, en hij mocht vrij uitgaan, nadat hij beloofd had geen poging te zullen doen om den dood zijner bloedverwanten te wreken.

Maar helden keeren niet terug." De dienstmaagd ging naar huis en verhaalde aan Siegrune wat zij gezien had. En zij zeide: "Siegrune, blijf niet langer op den Liefdesberg zitten, als gij uw held wilt zien. De grafheuvel heeft zich geopend en Helgi keerde terug. Hij vraagt u of gij komen wilt om zijn bloedende wonden te verbinden."