United States or Caribbean Netherlands ? Vote for the TOP Country of the Week !


"En dan, om te bewijzen, hoe weinig zij om den Keurvorst geven, hebben zij den Prins van Tarente tot overste der ruiterij, den Heer Van Noordwijk tot overste van het geschut, den graaf Van Hoorne tot sergeant-majoor en den Heer Pain-et-vin tot luitenant-kolonel gemaakt." "Daar heeft Zeeland dan ook dapper tegen geijverd," hernam Heenvliet. "En wat heeft het Zeeland geholpen?" vraagde Zuijlestein.

"Als het Uwe Hoogheid schikte, morgen om elf uur," antwoordde de Heer Van Heenvliet, terwijl hij zijn prachtig gouden met diamanten bezette horloge uit den zak haalde. "Maar Uwe Hoogheid zal mij thans excuseeren, dat ik Haar quitteer. Ik heb nog dringende zaken te doen." "Ik dank U voor uw bezoek, mijnheer Van Heenvliet," zeide de Prins.

Op Voorne. Heenvliet. Kasteelen. Angelus Merula. Geervliet. De Kerk. Zwartewaal. Brielle. Catharina-Kerk. Opkomst van Brielle. Het Weeshuis. De Watergeuzen. De Heilige Martelaren van Gorkum. Oost-Voorne. Rokanje. Nieuw-Hellevoetsluis. De haven. IJselmonde en Beierland. IJselmonde. Pernis. Landschap. Veeteelt. De Oude Waal. Rijsoord. Beierland. Oud-Beierland. Numansdorp. Goedereede en Overflakkee.

"Ik kon niet recht verstaan wat zij riepen. Maar de maaltijd was overheerlijk. Inderdaad ik wist niet, dat zij in de grootste koopstad van het land zulke uitmuntende koks hadden. Ik dacht altijd, dat die goede Amsterdamsche kooplieden zich slechts bezighielden met hun handel." "En met de staatkunde," voegde Heenvliet er stekelig bij. "En hoe heeft Uwe Hoogheid het te Rotterdam gehad?"

"Ik zal Amsterdam roemen," gaf de Prins ten antwoord. "De vroedschap heeft een groot festijn te mijner eere aangericht." "En het volk, hoor ik, heeft luide geroepen om Uwer Hoogheids bevordering, en U zelfs met veel gejuich uitgeleide gedaan," ging Heenvliet voort. "Zoo, mijnheer Van Heenvliet," antwoordde de Prins, met het onnoozelste gezicht ter wereld.

"Zoudt gij het denken?" vraagde de Prins. "Voorzeker, Uwe Hoogheid," zeide Buat. "De Heer Van Heenvliet is een der trouwste bezoekers van de "Oude Zwaen." Men kan hem daar alle dagen vinden." "Ziedaar het voorrecht van hen, die in het Noordeinde wonen," zeide de Prins.

En toch wanneer gij in dat hart hadt kunnen lezen, dat vol scheen van maaltijden en paarden en onvatbaar voor elke opwekking tot iets groots, dan hadt gij daar meer eerzucht in gezien, dan zelfs Heenvliet misschien wel zou gewenscht hebben, een eerzucht die zich niet alleen uitstrekte tot het kapitein-generaalschap, maar ook tot het stadhouderschap, hetwelk zijne vaderen met zooveel lof bekleed hadden.

"Begrijpt Zij dan niet, dat de Raadpensionaris niet langer durft weerstand bieden aan den aandrang Harer vrienden, die hoe langer hoe luider wordt?" "De Heer De Witt zal wel moeten toegeven," zeide Boreel, die tot nog toe gezwegen had. "Als Zijne Hoogheid maar eerst Generaal der ruiterij is, zal Zij wel spoedig Veldmaarschalk zijn." "En dan" hervatte Heenvliet triomfeerend.

Heenvliet, hoewel niet bemuurd, had eertijds stedelijke rechten en ziet er nog stadachtig uit, gebouwd als het is aan de ruime markt. Van Nieuwesluis aankomend, heeft het dorp een vriendelijk, schilderachtig voorkomen. In de nabijheid van Heenvliet verhieven zich oudtijds drie kasteelen, waarvan Blijdestein ten N. en Leeuwestein ten Z. van de plaats, welke beide geheel verwoest zijn.

"Zij bespieden niet alleen de gangen van de personen, die op het Hof van Brandwijk komen, maar weten ook, wie de "Oude Zwaen" bezoeken." "Met uw verlof, Uwe Hoogheid," hernam Boreel. "Onze goede vriend Buat is zelf een trouw bezoeker van genoemde herberg. Zeker heeft hij Heenvliet daar dikwerf ontmoet."