United States or Portugal ? Vote for the TOP Country of the Week !


"Wel, Willibald, dat's goed van je gedaan, ons kluizenaars eens te komen opzoeken," sprak Francis op luiden gullen toon, terwijl zij gemeenzaam zijn arm nam; "en nog wel in groot tenue." "Het feest van mijn kolonel, freule; en daarbij, ik ben om dienstzaken te Z. geweest en kon niet nalaten mij zelven het genoegen te geven bij het terugkeeren de Werve te bezoeken!" "Braaf!

Boeboe Ramaga schoot in gullen lach, en, nadat hij mij een oogenblik met een air als van meewarige spotternij had aangekeken, stemde hij toe in mijn verzoek. Het negerinnetje verdween, en twee slaven brachten gansche armvollen van de verlangde voorwerpen aan.

Geen maatschappelijke dienst wordt toegestaan. Terwijl de macht van de vrouw om te produceeren belemmerd wordt, neemt haar macht om te consumeeren onevenredig toe door den gullen toevoer van onverdiende gaven van den man. Eerstens heeft men de vrouw niet toegestaan vrij te produceeren en ten tweede bestaat er geen verhouding tusschen wat zij voortbrengt en wat zij verbruikt.

Wilkinson schoot in een gullen lach, terwijl hij sprak: »Ik zou »bis!" roepen, maar gij hebt ons nog meer te vertellen, en dus ik onthoud mij." »Maar ik moet tegenwerpen, dat gij toch Piet Snibs niet meer waart, althans niet dien ik gekend heb, je hadt toen zeker je naam ook al verfranscht?" »Ja, dien had ik al zoo wat verhanseld, toen ik nog te Antwerpen op de academie ging."

Nog nooit hebben de vergulde letters van een hôtel mij zoo vriendelijk toegelachen, nog nooit heb ik zooveel echten, gullen welkom gelezen als op het vet gezicht van den gezetten eigenaar, die ons voor de stoep kwam begroeten. Of we kamers konden krijgen? Zeker! Of het nog niet te laat was om te dineeren? Absoluut niet!

Elke vrouw, die dat vermag, is schoon, ook al zouden hare vriendinnen haar leelijk noemen; en ziedaar" hier barstte de dokter op nieuw in een gullen schaterlach uit, die moest aanduiden dat hij met zijne eigen theorien een loopje nam en er niet om gaf of hij zichzelven al dan niet tegensprak, "ziedaar waarom ik beweer dat er in Holland geene schoone vrouwen zijn!"

Deluw weer binnenkomende, daar hij het noodig achtte voor den vreemdeling de misdaad te noemen van zijn zoon, opdat deze hem niet voor een onrechtvaardig en hardvochtig vader houden zou. "Mag ik vragen?"... "Buikje!" riep de goedhartige dikkerd, met een gullen lach op zijn purperen wangen. Nu, het woord buikje, diminutief van buik, is een zeer bekend woord; althans voor een geneesheer.

Zijn dit niet woorden van een man die "het klappen van de zweep kent"? En wie, die niet behalve den zegen ook den vloek der liefde gekend heeft bij ondervinding, zou een sonnet kunnen schrijven als dat, hetwelk Dante richtte aan Vrouwe Pietra degli Scrovigni, aan wie hij ook eenige groote canzonen gewijd had en die, als ook zij "symbool" is, toch zeker het best dit gansche ras van nietige, maar wreede en "steen"-harde wezentjes verbeeldt, wier ijdelheid het goed geloof en den gullen hartstocht des dichters pleegt te misbruiken.

Ik begrijp het geval niet recht," vervolgde hij zacht tegen Ulrica, op een gullen toon: "Botbergen is een snorder, dat is waar, doch niet van moed ontbloot; want dat ik hem zooeven wat plaagde, geschiedde slechts uit een oude gewoonte: ik kan niet denken, dat hij het geheele verhaal opzettelijk verzonnen heeft.

Is het voor den lezer en bespreker van de Historie van Mej. Sara Burgerhart ongetwijfeld immer een voorrecht dezen roman-in-brieven in de uitgave van de W.B. voor zich te hebben, in deze warmte vooral voelt men 't als een onschatbaar genot, dank zij den heer Prof. Knappert, die het werk van eene inleiding en verklarende aanteekeningen heeft voorzien, niet genoodzaakt te zijn, om, bibliotheek in, bibliotheek uit, naar de beteekenis van verouderde uitdrukkingen te speuren, of te beproeven zich zelfstandig in 't historisch milieu te orienteeren. Bedoelde inleiding en aanteekeningen maken al een zeer sympathieken indruk, niet alleen door den zoo duidelijk blijkenden ernst en de nauwgezetheid, waarmede zij zijn samengesteld, maar óók door het feit, dat de heer Knappert in een zeer gewichtige aangelegenheid zijn eigen weg is gegaan en zich niet door den beroemden Busken Huet een dwaalweg heeft laten inloodsen. Anders dan deze, die eene der boezemvriendinnen, en wel Agatha Deken, het mede-auteurschap der, naar beider ondubbelzinnige verklaring, gezamenlijk geschreven romans ontzegt, verklaart onze geleerde en scherpzinnige commentator: "Maar haren roem danken Betje en Aagje terecht aan haar wezenlijk gezamenlijk geschreven romans." Om met den gullen Abraham Blankaart, Saartje's voogd te spreken: "Dat klinkt je wat anders voor den snoet" dan de qu