United States or Georgia ? Vote for the TOP Country of the Week !


Uw dienaar Dominee! men heeft mij zooveel goeds geschreven van uwe bekwaamheid en vroomheid, dat ik onnoodig geoordeeld heb u in persoon te komen hooren, aleer wij u bij ons beriepen. Ik verlang zeer, nadere kennis met u te maken." "De Heere moge u segenen met allerlei goet, gelijk Psalm honderd-vier-en-dertig het heeft, naar de berijming Datheni.

Ende doen ik dogte dat ik aldaar lang genoeg geweest was, dat het volk wel vernoegt zoude wezen, zo ben ik met een goede couragie weder opgekomen, mijn aangezigt na het volk, en doen ik nog in 't water was, zo heb ik tegen het volk met een luide stemme geroepen: Wat dunken de luiden van de konst? waarop het volk antwoordde en zeide: De konst is goet.

Vrient, god gheve u goeden dach, Ende een vriendelijc morghenstont Wil u god gheven, ende ghesont Moetti bliven in alder tijt! Vrient, god lone u, wie ghi sijt, Dat ghi mi vriendelijc sprect an. Nu berecht mi als goet man, Hebdi hier in langhen tiden Ene joncfrou sien liden, Die scone was ende wel ghedaen? Vrient, ghi selt mi verstaen.

Daer en booven ist saeken dat in desen Lande het jaegen niet goet soude syn, soo syn edogh veel delen in dat pratyk, die in alle landen moeten geobserviert worden.

Ze scheen 't niet vreemd te vinden, zoo weinig zelfs dat ze 'r geen acht op sloeg. 't Is f'n Sjomele, fader. Sefehondert dertien, ses, twaalf, goet! En hier is 't gelt. De zieke scheen bezig iets optedelven onder z'n matras. Men hoorde hem woelen en hygen, en weldra 't geluid van gevulde geldzakken die tegen elkaar stootten.

Het publiek wordt daar gewoonlijk aangesproken met: "gi heren ende gi vrouwen"; de hoofsche WILLEM VAN AFFLIGHEM zegt ook wel: "gi vrouwen ende heren" . Soms wordt deze benaming afgewisseld met: "gi goede liede"; doch men moet hierbij in aanmerking nemen dat deze uitdrukking eene beleefdheidsformule was: "een goet man" is wat wij noemen: een fatsoenlijk man, een man van eer.

Soo dat ik het selve, om verder naa te denken, daar late. Maar wat de vordere saaken van my voorgestelt aangaat, daar omtrent meen ik met een goet fondament te kunnen vast stellen. 1. Dat alle Spieren natuurelyk, dat is eer sy haar actie oit gedaan hebben, gecontraheert syn.

Bemerckt gy en syt gy versiekert dat de bye geen moer en heeft, dan moet gy haer tragten te helpen, want eene moerloose bye doet geen goet. D. Vr. Hoe helpe ick eene moerloose bye? M. A. Is de bye weynig van volck, die haer moer verspeelt heeft en hebt gy een kleen swaermke, werpt dit by de moerloose bye.

Als dit Andreas hoort soo komt hy toe-getreden, Hy lough de jufler toe, en seyd' haer dese reden: Komt souckt, vriendinne, souckt al wat gy soucken meught; By my is anders niet als trou en ware deught. 1040 Indien ick van bedrogh hier schuldigh wort bevonden, Soo ben ick wel getroost om vast te zijn gebonden, En soo te zijn gestraft gelijck men guyten* doet, Die soecken haer bejagh op ander luyden goet.

Desen regen syet men ook blyncken op de blaederen der boomen en bisonderlyk op de eykeboomen, en dan siedt men dat de byen op desen blaederen vliegen en aerbeyden, en niet goet bekoomen; het schyndt dat als deese vallen, datter dan geenen honigh op de boomen valt; men siedt ook dat de blaederen door den stormreegen worden afgewaessen, en dat daer de byen dan somtidts nogh wel honigh op haelen en de hop ock eene nyen waes bekoomt en wel hop waest; ik hebbe sulks door de ondervinding geleerdt.