United States or Caribbean Netherlands ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hier worden de laatste lotsbeschikkingen getroffen van hen, die eens waren, en hier zal het lot worden beslist van hen, die nu nog zijn de Hindoes van Kaschmir. In een kluit aarde, genomen van den oever van het meer en in de hand gekneed, neemt men de vijf heilige zaken mee en de overblijfselen van de verbranding, en het meer omvat het al.

Indien men iedere gisting wil vermijden dan neemt men koud in plaats van heet water en bakt het brood onmiddellijk gaar. Verder handele men als in R. 469 is voorgeschreven. Bereiding van Grahambrood volgens recept van Carlotto Schulz. Ongebuild tarwemeel wordt in lauwwarm water tot een week deeg gekneed, totdat het niet meer aan hand of schotel blijft kleven.

Tauriscus. Apomagdalia, broodkruimels, tot deeg gekneed, die de Grieken bij gebrek aan servetten gebruikten om zich bij het eten de vingers af te vegen. Er was een orakel. Apopempein. Wanneer te Athene een man echtscheiding verlangde, behoefde hij slechts zijne vrouw met hare huwelijksgift naar het huis van haar vader of voogd terug te zenden. Dit heette apopempein, apopompe, apopempsis.

Dit alles wordt goed dooreen gekneed; en niet te stijf in varkens- of runderdarmen gestopt, opdat er ruimte voor het uitdijen blijve; daarna een half uur gekookt en ligt gerookt. Tongenworst.

Het opkoken moet in dit geval langzaam geschieden, opdat aan het deeg de noodige tijd gelaten worde om te rijzen. Voor het rijzen moet ook een ruimte overgelaten worden in de pan boven het deeg; het brood mag derhalve niet te groot gemaakt worden, want het zet tamelijk veel uit. Zweedsch gerezen hard brood. Ongebuild tarwe- of roggemeel of een mengsel van beide wordt met gist gekneed.

De pit, te hard om gegeten te worden, en de verbrande schil worden verwijderd; de geelachtige, kneedbare, sponsachtige vrucht, die een flauwen smaak heeft, wordt daarna in een houten bak of kuip gelegd en met een houten of steenen stamper tot deeg gekneed, waarna dit deeg, in ronde gaten van meer dan een el diep, in den grond begraven wordt.

Speculatie. 5 o. bloem, 5 o. suiker, 2 1/2 o. boter, 3 eijeren, 2 w. kaneel en eene halve geraspte citroenschil worden tot een deeg gekneed, dat men gedurende een nacht, of ten minsten eenige uren laat rusten. Hieruit steekt men met een vorm de gewenschte figuren, die men op eene gewaste blikken plaat bij middelmatige warmte bakt.

Gemberkoekjes. 2 1/2 o. bloem, 1 o., 2 1/2 l. suiker, evenveel boter, evenveel stroop en wat gemberpoeder, kneedt men te zamen, rolt het uit, maakt er koekjes van en bakt die 5 minuten op eene plaat. Saucijzenbroodjes. 2 kop bloem, 1/2 o. boter, 2 eijeren, 7 l. gist en 1/2 kop melk wordt tot een deeg gekneed en uitgerold.

De Egel wordt door de zwervende kookkunstenaars met een dikke laag goed gekneed, kleverig leem bedekt en, met dit hulsel voorzien, in het vuur gelegd; van tijd tot tijd moet het dier omgedraaid worden.

Toen wij Wakdé naderden, kwam een geheele zwerm ons in prauwen tegemoet. Ze droegen niets dan, van het snoer rond hun middel afhangend, een lapje bont katoen, en aan hals en armen een aantal ringen, banden en kettingen van kralen en schelpen. In hun armbanden hadden sommigen een bundel dracaena-bladeren gestoken. Zij waren getatoueerd, sommigen met een teekening van donkerblauwe lijnen, stippels en plekken, die een mooi patroon vormden over borst, buik en dijen, aan de polsen ook en op den rug; anderen met een dergelijk patroon, waarvan de lijnen bestonden uit litteekens van breedingekorven sneden. Zij hadden roode klei in hun haar gekneed, zoodat het in een krans van strakke rosachtige pieken om hun voorhoofd heen stond. En hun gezicht was met zwarte verf zóó beschilderd, dat het leek of zij een masker droegen. De meesten hadden het zitten tot over den neus, maar er waren er, die het scheef over één oog droegen het voorhoofd zwart, den neuswortel en één oog zwart, één jukbeen zwart, de rest van het gezicht natuurlijk-bruin. En sommigen hadden, wat bijna nòg zonderlinger stond, als het ware een sluier van zwart halverwege over het gezicht laten zakken, enkel maar lijnen, recht en gegolfd, met zwarte stippeltjes er tusschen. (Of die soms dames met voiles van gemoesde tulle gezien hadden?) Sommigen hadden een hoed op, hoewel zij overigens zorgvuldig naakt waren gebleven. Zij kwamen er aanroeien in prauwen, die uitgeholde boomstammen waren, met een opening zoo nauw, dat de roeier tusschen de naar binnen gebogen randen alleen tot de knieën toe de beenen kon passen, en z