United States or San Marino ? Vote for the TOP Country of the Week !


Dat de werklieden thans trachten zamen te werken is een teeken dat hunne intellectuele ontwikkeling en tegelijk hunne behoeften gestegen zijn en moet, voor zoo verre die zamenwerking tot geene daden van geweld aanleiding geeft, gunstig werken op de toename in geestontwikkeling van al de klassen der maatschappij.

Waren de dieren ligchamelijk onsterfelijk, stoorde geene accidentele oorzaken van de op blz. 22 gemelde constante oorzaak tot geschiktwording gedurig de werking en bestond er geen drang tot verhooging der geestelijke ontwikkeling, zoo zou eindelijk elke diersoort, over anderen in ontwikkeling lager dan zij staande soorten, eene heerschappij, geevenredigd met derzelver overmaat van geestelijke ontwikkeling, uitoefenen, en zij daarentegen door anderen, hooger dan zij staande diersoorten, op hare beurt in reden van het verschil tusschen hare geestontwikkeling en die dezer hooger staande soorten overheerscht worden.

Hunne bewuste aanschouwing van hetgeen in de natuur voorvalt buiten de ten gevolge hunner eigen denking ontstaande handelingen en arbeid, moest de op lagen trap van geestontwikkeling staande menschen leiden om zulke voorvallen, even als hunne eigen handelingen, te stellen, het gevolg te zijn van denking, maar van denking van magtige, onsterfelijke ofschoon menschelijke denkvormen bezittende wezens zie blz. 4.

Die laatste dieren leven toch niet zooals de eerste gezellig bij elkander, en buitendien zijn zij ontembaar en bezitten zij niet de geestontwikkeling voor het gebruik maken van een langen snuit gevorderd wordende.

Hoe hooger de stand van beschaving der menschen zal worden, hoe minder het klimaat op hunne organisatie van invloed zal zijn en dus hoe meer zij in alle landen op elkander zullen gaan gelijken. Wanneer in de verre toekomst dit in hooge mate het geval zal zijn, zal welligt gelijkheid in geestontwikkeling grootendeels de keuze bij huwelijken bepalen.

Een wezen, in dit laatste geval verkeerende, moet eene eeuwigheid nadat het eene eindigen grootte bereikt heeft, oneindig groot zijn, en de stelling der preëxistentie tot noodwendig gevolg hebben, dat de geestontwikkeling der wezens de palen der eindigheid moet overschreden hebben, wanneer zij met den Oergeest volmaakt zamensmelten.

Wel zouden zij wenschen hun, door inspanning en wegens gebrek aan ondervinding, onder betaling van leergeld, vooruitgeganen geest, aan een verjongd ligchaam te koppelen, doch niet in geestontwikkeling tot den kinderlijken toestand terug te keeren.

Dat men niet alleen de menschen iets nuttig, of anders gezegd, iets ten bate der geschiktheid der Maatschappij voor de omstandigheden waarin deze verkeert, gesticht hebbende, hoogschat, maar insgelijks hen in eere houdt, die de geestontwikkeling van eene menigte individuen sterk hebben doen toenemen, bewijst de betooverende werking van roemrijke daden.

Zij die zulk eene levensbeschouwing aanhangen, het doel van het lijden aldus niet begrijpen en aan de liefde geene hoogere beteekenis geven dan om dit lijden te verzachten en, zoo der naasten als hunne eigen geestontwikkeling, elk oogenblik met vernietiging bedreigd achten, moeten geleid worden tot moedeloosheid, tot minachting van zich zelf en van anderen, tot gemis aan zedelijke kracht en moed om zich offers te getroosten ten behoeve van anderen of van eigen toekomst; tot het zich verdooven in de beslommeringen en genietingen van het heden; tot het ontvlugten van het lijden van anderen en zelfs tot ontkenning er van, omdat dit lijden een protest is tegen die slechts geschiktheid bij een aardsch bestaan noodig achtende levensbeschouwing.

Deze, zeer gering bij de geboorte, klimt gedurende een beperkt aantal jaren tot de hoogte welke die der soort gedurende een veel grooter aantal eeuwen bereikt heeft; en daar die snelle verhooging der geestontwikkeling der individuen het gevolg moet zijn van eene snelle verhooging der levensomstandigheden, zoodat die individuen gedurig aan hoogere eischen moeten voldoen, zoo zal, wegens de werking der traagheid, bij elk individu die geestontwikkeling meer te kort schieten, dan bij de soort, zoo deze bijv. uit steeds op aarde voortlevende individuen bestond. In dit geval zou gewis de toename in geestontwikkeling der soort sneller zijn dan thans, daar bijv. eene generatie, op zeker tijdstip op den graad van geestontwikkeling harer soort staande, na bijv. 30