United States or Tokelau ? Vote for the TOP Country of the Week !


Hier liepen al de kinderen des huizes om 't hardst naar buiten hun getrouwde zusters tegemoet, en om de eerste te zijn met hunne begroetingen. Daar zag men weder schaduwen op de gordijnen, van gasten, die zich verzamelden om aan tafel te gaan en daar trippelde een troepje knappe jonge meisjes allen met kappen over 't hoofd en met bont afgezette schoenen aan, licht naar het huis van een gebuur.

Dicht daar by was een tuin tot myn gebruik, alwaar ik op jong plantsoen, de namen van JOANNA en JOHNNY sneed. Tot gebuur had ik mynen vriend den Capitain BOLTS, die een geyt had, waar van de melk ons van groot nut was. Anderen hielden eendvogels en hoenderen; maar de laatstgemelde hadden geene haanen; men was bevreesd voor hun gekraay, en had dezelven gedood.

Op dien stond was zijn spijt zoozeer niet om het land dat hij toch wel missen kon maar omdat 't voor al de menschen nu bekend was dat hij dommelijk gefopt werd en dat zijn gebuur, zijn vriend de boer waarmede hij deur en deur woonde, waarmede hij dagelijks omging, hem zoo verraderlijk bedrogen had.

Maar de nieuwe gebuur kwam rechtstreeks op hem aan, en op zijnen schouder kloppende, sprak hij: «Gij zijt genezen, vriend RoosemaelDe verbaasde man herkende de stem van Spinael; hij ging twee stappen achteruit, bezag zijnen vriend van hoofd tot voeten, en dan eerst zeide hij eenvoudiglijk: «Wat zijt gij schoon, eh! Hebt gij den grooten prijs in de loterij van Rusland gewonnen?

Vanhoutte had er immers eene lachreden van gemaakt en in zijne lichthartigheid had hij getaterd en gezongen alsof er niets gebeurd was en de dorpelingen wilden hem ook geen kwaad om den kleinen streek, dien hij zijnen gierigen gebuur gespeeld had.

Waart gij ook zijn vriend, Mijnheer de Backer, vroeg Snepvangers, haast achterdochtig. Zeg maar Peer... Vriend?... Ja, vriend en gebuur... ik heb me altijd met heraldiek bezig gehouden... ik ken de stamboomen van al onze adellijke families... van als ze iets geworden zijn... ik weet hoe zij geparenteerd zijn... en zoo heb ik den Generaal leeren kennen... Was hij van adel?

Ik hoorde niet dat hij met mijnheer Van Dranem sprak. Ik hoorde dat mijnheer Van Dranem hem had aangelijmd en, in het algemeen gewoel, eene astrologische rede voorhield, welke het geduldig ventje met brave knikjes scheen goed te keuren. Mijnheer Van Dranem bestelde dan telkens versche pinten, deed vriendelijk met zijn zonderlingen gebuur bescheid en maakte hem alzoo bijna tot elkendeens kameraad.

Gemelde Jan Beloen voegde er bij, dat hij gebuur was van Speelman, wiens os, schapen en verken zij genezen had en, zoo zij zijne koe gedood had, het zeker was op het opstoken van Speelman, die jaloersch was, omdat zijne akkers slechter bebouwd waren en minder opbrachten dan de zijne van Beloen namelijk.

Krakende wagens rijden langst, bracht hem dat in den geest, en van daar voort doelde hij op zijn eigen, oud lijf, dat nu ook wel een krakenden wagen geleek die rolde, rolde een heel leven lang over hetzelfde veld... zijn eigen veld ... en dan weer welde de oude sleepgedachte op, die nu een vol jaar reeds, zijn vroegere gerustheid bestormde en te niete deed; het haverstuk, het gekende akkerland de vijfhonderd, die hij zijn levensdagen gebruikte, die te midden zijn eigendom lag en hem op dien heugelijken verkoop ontfutseld werd, schandalig ontfutseld door zijnen vriend en gebuur; door boer Vanhoutte, de verrader!

Dicht daar by was een tuin tot myn gebruik, alwaar ik op jong plantsoen, de namen van JOANNA en JOHNNY sneed. Tot gebuur had ik mynen vriend den Capitain BOLTS, die een geyt had, waar van de melk ons van groot nut was. Anderen hielden eendvogels en hoenderen; maar de laatstgemelde hadden geene haanen; men was bevreesd voor hun gekraay, en had dezelven gedood.