United States or Nicaragua ? Vote for the TOP Country of the Week !


Inderdaad zijn in den loop van den onmetelijken tijd, dat deze dieren in den boezem der zeeën leven, de achterpooten, die nooit gebruikt werden, bijvoorbeeld om den prooi te grijpen, geheel en al verdwenen, evenals het gebeente daarvan en zelfs het tot steun en bevestiging dienende bekken.

Met een, uit zijne borst opbrieschend, stemgeknars, met gebalde vuisten liep hij op haar toe en werktuigelijk deinsde zij achteruit. Maar hij greep haar weêr, nu hare polsen zoo vast omkluisterend in zijne sterke handen, dat zij zijne kracht in haar vleesch tot op haar gebeente voelde indringen: Oh! brulde hij. Je hebt geen hart, je hebt niets, dat je dat tegen me zeggen kan.

Goed is het te zitten dichtbij de warmte-streefende vlam, als buiten de stormen rossen en rijden in joelende jacht. De hitte dringt tot diep in 't gebeente, en er is rossig, vertroostend licht over vloer en zolder.

Maar ik geloof niet dat het zo ver komen zal, want de oproeren zullen welhaast gedempt worden. Gij, Deken, verlaat het Land spoedig, dit raad ik u als vriend." "Neen Mijnheer, ik verlaat mijn Land niet: het gebeente mijner vaderen rust in die grond. Ik bid u, overweeg dat alle dingen mogelijk zijn en dat het Franse bloed door ons kan vergoten worden; maar dan moogt gij u mijn woorden herinneren.

In den dom te Maagdenburg rust zijn gebeente, en op de markt van die stad is een standbeeld te zijner eere opgericht. In het begin der Middeleeuwen was een groot deel van West-Europa nog bedekt met groote, ondoordringbare wouden; slechts hier en daar merkte men eenige steden en dorpen op. De eerste hadden haar ontstaan vooral aan Romeinsche legerplaatsen te danken.

Onze Bagobos, alleen met een glanzend broekje gekleed, met de lans in de vuist, overal over de rotsen verspreid, vormen te midden van deze romantische omgeving, eene fantastische stoffage; waren we niet tot op het gebeente doorweekt, uitgeput van vermoeienis en gekneusd en gehavend, dan zouden wij kunnen meenen te droomen.

dat is al; 't is of het Kerkbestuur zich geschaamd heeft, dat geen aanzienlijker gedenkteeken de plaats aanwijst, waar het gebeente van Neerlands hoofddichter rust en dat het daarom zorg heeft willen dragen, die zerk aan de oogen der bezoekers te onttrekken.

Ik bezweer u bij het kleed, dat gij draagt, bij den naam, dien gij geërfd hebt, bij de ridderschap waarop gij u beroemt, bij de eer uwer moeder, bij het graf en het gebeente van uw vader; ik bezweer u te zeggen, zijn deze dingen waar?" "Antwoord haar, broeder," zei de Grootmeester, "als de vijand, met welken gij worstelt, u zulks vergunt."

Duizenden insekten, vleermuizen, nachtvogels zelfs, daalden van het donkere gewelf en snorden en zwermden om onze ooren en verzengden hun vlerken aan de vlam der kaarsen; de koude vochtigheid drong tot op het gebeente door.

Deze put was eene nauwe spleet in de vaste rots, van de soort die men "faille" noemt; het was duidelijk, dat zij ontstaan was door de samentrekking van het gebeente der aarde, tijdens hare afkoeling. Als zij vroeger tot een doorgang gediend had voor de gesmoltene stoffen door den Sneffels uitgebraakt, kan ik mij niet verklaren, waarom er geen spoor van was achtergebleven.