United States or Timor-Leste ? Vote for the TOP Country of the Week !


Die titel is noch 'n farce, gelyk sommigen voorgeven te meenen, noch 'n uithangbord, ein aushängeschild das in Holland nöthig schien um Käufer zu locken, beweerde zeker publicist in de Deutsche Jahrbücher für Wissenschaft, Kunst und Politik. O, neen, die titel is 'n epigram. Wat de spelling aangaat, even als in m'n andere werken volg ik nagenoeg de mode van den dag.

De man heeft dolle pret om mijn verbazing. Hij buldert het letterlijk uit en slaat van vroolijkheid met beide handen op zijn dijen. C'est une farce? vraag ik, half wantrouwig. Ah, ben oui, c'est une farce! gilt de man. En hij vertelt mij de toedracht. O, Tartareinn, we hadden u dan toch eindelijk gevonden, en gij, leuke schim van Daudet, stond zeker met ons mee te glimlachen!

Achter 't huis was de stad en 't lamplicht in vele vensters, maar dat zagen ze niet, want ze zaten voòr en als Dora opkeek zag ze 't land, waar 't laatste licht de hooge lucht verliet, over de aarde was 't reeds donker. 't Dichtertje had nu van alles genoeg. Z'n boek was af, z'n gedicht zonder eind hatti vermoord, z'n positie in de maatschappij was een farce.

En toch, evenals het niet de ridderlike politiek der Bourgondiese hertogen was die de zegepraal zou behalen, maar de zeer burgerlike politiek van Lodewijk XI, zo waren het niet de laatste verwaterde ridderromans en minnedichten in de stijl der troubadours, maar de burgerlike realistiese farce of novelle of Villon's burgerlik-realistiese lyriek waaruit de levende ziel van de 15de eeuw sprak.

Hij begint, met het te prijzen, maar op een zeer wonderlijke wijze; hij vat het namelijk als een welgelukte farce op. Het idealisme van Brand kan hij slechts als scherts verstaan. "Hij is te razend krankzinnig, om ernstig te wezen," zegt Vinje. Wanneer Vinje door hartstocht werd gedreven, kon hij veel zeggen, dat hij moeilijk kon verantwoorden.

En het kan ook niet verwonderen, dat een dichter, zoo subjectief als Vinje, die Brand voor een farce aanziet, geen psycholoog was. Het gebrek aan deze eigenschappen kon door geen theoretiseeren over de kunst, waar Vinje zich somtijds, ofschoon op wonderlijke wijze, aan overgeeft, worden vergoed.