United States or Laos ? Vote for the TOP Country of the Week !


De ons onbekende maker, misschien een "clerc", heeft zijne stof tusschen 1260-1270 bewerkt, zooals hij die had leeren kennen uit den bijbel en uit andere bronnen . Onder die andere bronnen moeten de zoogenaamde apocriefe evangeliën in de eerste plaats worden genoemd.

Op het oogenblik, dat Christus tot deze menschen sprak, was Hij met zijn genade tegenwoordig, en konden deze menschen dus door Hem wat zij zonder Hem niet zouden hebben gekund. Christus zelf maakt mogelijk, wat zonder Hem onmogelijk is. Lezen wij dus de Evangeliën, dan moeten wij niet meenen, dat Christus van ons bijv. vraagt, dat wij zullen gelooven en dat Hij ons dan helpen zal.

Bij het lezen der Evangeliën in 't bijzonder dat van Johannes zelf, of wat vroege Gnosticus zijn naam en mantel aannam zie ik onafgebroken van de verbeelding getuigd als van den grondslag van alle geestelijk en materieel leven, maar daarnaast zie ik ook dat voor Christus de verbeelding eenvoudig een vorm der liefde was, en dat voor hem liefde soeverein was in de volste beteekenis van het woord.

Vergeet men nu, dat in de werkelijkheid, waarover de Evangeliën spreken, Christus tegenwoordig was, toen hij tot de menschen sprak, dan gaat men meenen, dat Christus allerlei van de menschen eischt, dat zij moeten volbrengen, voordat zij door hem kunnen worden gezegend. Doch dat is onjuist.

Wij evangelischen hebben vier evangeliën, en jagen bovenal vier dingen na: eene goede tafel, inschikkelijke vrouwen, eenig kapitaal, en alles doen waar wij lust in hebben. Zijn die ons deel, dan heffen wij den beker en roepen in geestvervoering: Paean! leve het Evangelie! het rijk van Christus kome! Zoo leven epikuristen, niet de evangelie-dragers.

Van den bijbel kreeg de christelijke gemeente in de latere middeleeuwen door allerlei uittreksels en bewerkingen vrij wat te zien en te hooren; doch behalve die, door de Kerk als de eenig ware vastgestelde, boeken, vond men andere evangeliën over JEZUS, MARIA, JOZEF, PILATUS, JOZEF van Arimathea en andere heilige personen, die als een sterke onderstroom het godsdienstig gemoedsleven onzer voorouders bleven voeden.

Alzoo: «Mensenrecht ... Nederlandsche beschaving ... zweet van voorvaderen ... oogmerken van Voorzienigheid ... débouchés voor Enschedésche fabrieken, voor de jeneverstokeryen te Schiedam en andere evangelien ... handelmaatschappy, konsignatiestelsel, indigo, zeeroof en welmeenendheid ... heil des vaderlands ... verstoktheid van die vervloekte andere party ... zeer beminde koning ... bedrogen raadsleden der kroon ... en Specialiteiten vóór! bevoegdheid

Toen sprak Bruno tot Buffalmacco: Hoe vindt ge het? Gij hebt het niet geloofd, toen ik het zeide. Bij de Evangeliën! Er is hier geen dokter, die zoo'n verstand heeft van ezelspis als deze en zeker zult gij er geen aan hem gelijk vinden van hier tot aan de poorten van Parijs. Kom, weiger nu te doen, wat hij wil! De dokter zeide: Bruno zegt de waarheid, maar ik heb mezelf niet gekend.

Hij werd door de Joden wegens godslastering gedood nadat hij ongeveer drie jaren onder hen had gewerkt. Vele van de verhalen welke wij in de evangeliën vinden behooren niet tot het werkelijk leven van dezen grooten leeraar, maar zijn verhalen welke zich rondom dat leven hebben gegroepeerd doch ook in verband met andere leeraars aan de wereld bekend zijn geweest.

Voor 't overige, als ik soms iets navolg dan doe ik 't voornamelijk ten gerieve van Akbar, die natuurlijk geen tijd heeft om nog eens vreemde talen te gaan leeren en toch alles lezen wil. Zoo heeft hij mij ook al een overzetting van de Evangeliën opgedragen. Van de wat? vroeg Koelloeka.