United States or Chile ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zoo machtig is de invloed der mode op het algemeene beeld, waarin zich de vrouwenwereld van een tijdperk vertoont, nu zoowel als voorheen. Algemeen heerscht de meening, dat van de schoonste vrouwen, d.w.z. van die welke het esthetisch ideaal van het oogenblik het dichtst nabij komen, ook de grootste erotische bekoring uitgaat.

Natuur gaf den man een veelzijdiger taak te vervullen, rustte hem veel ruimer toe met allerlei vermogens, en zij vormde dienovereenkomstig zijn lichaam en zijn uiterlijke verschijning. De verhoudingen der ledematen tot den romp zijn onberispelijk, alle onderdeelen van het mannelijk lichaam zijn esthetisch in overeenstemming met het geheel.

Er zijn echter ook tijden geweest, waarin het esthetisch of mode-ideaal en het natuurlijke erotische ideaal van schoonheid vrijwel samenvielen en ineensmolten. Dit valt af te leiden uit de voortbrengselen der kunst uit sommige tijden.

En nu is het wel opmerkelijk, dat het erotisch en het esthetisch ideaal voor vrouwenschoon misschien in geen tijdperk zoo lijnrecht tegenover elkander hebben gestaan als in onze dagen het geval is. Er heerscht tusschen beide idealen een letterlijk diametrale tegenstelling. Dit heeft voor de sexueele zeden zijn eigenaardige consequenties.

Zij is de schenkster aller schoonheid en van alle liefdegeluk en zij is als zoodanig tevens de godin der huwelijken en van alle op wederzijdsch minnen berustende geslachtsgemeenschap. De voorstelling eener uit de golven der zee opgestegen godin der liefde is uit Azië tot de Grieken gekomen de Aphrodite der Grieken is de esthetisch verfijnde Astarte der volken van het oude West-Azië.

De plantenetende dieren wijzen ook op eenen vooruitgang uit een esthetisch oogpunt; de zoolgangers immers wedijveren in schoonheid met de herkauwende dieren; verscheidene van deze, de zebra, de daw, de conagga, hebben een prachtig kleed; enkele hebben eenen bijzonder edelen gang, alle zijn slank en hebben edele vormen.

De eeredienst der maagdelijkheid, zegt Ploss in Das Weib in der Natur- und Völkerkunde, is een esthetisch dogma, dat uitgaat van de opvatting, dat de sexueele ongereptheid der jonge vrouw een zeer bijzondere zedelijke waarde heeft.

Haar omzwerft steeds een wolk van aanbidders, terwijl de slank-schrale magerheid, ook al is deze het esthetisch ideaal van het oogenblik, in haar vleeschloosheid alleen blijft staan. Zoo drijft de Natuur in haar wijsheid de meesten naar de besten, d.i. de voor haar doel de meest geschikten.

In plaats daarvan is als regel de bekleeding der vrouw, met esthetisch oog bezien, een toonbeeld hetzij van leelijkheid, hetzij van dwaasheid. De kleeding, die zou kunnen dienen het vrouwenschoon te verhoogen, doet eigenlijk niet anders dan dat schoon onkenbaar maken. Wat de bestaande schoonheid kon versterken en vermeerderen, verwoest haar.

En een menigte esthetisch bijzonder schoone vrouwen zou daar tegenover zijn te stellen, van wie niet blijkt, dat zij bijzonder de aandacht hebben getrokken. Men moet aannemen dat bij de erotische aantrekking tusschen de sexen niet louter de esthetisch schoone lichaamsvormen den doorslag geven, maar dat zich daarbij ook allerlei duistere sympathiën doen gelden.