United States or Singapore ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zoodat ik maar zeggen wil, dat beskrijven niet veul ofdoet. Maar daarom zei Kobus altijd, in die winter toen 't nog reis zoo erg was: as ik er eentje te pakken kreeg, ik zou 'em teekenen, dat ik 'em voor goed zou kennen..." Ik herhaalde mijn wensch om met juffrouw Noiret alleen te blijven. Zoodra de babbelachtige vrouw gegaan was, borst zij in tranen uit.

Ook den volgenden dag kwam ze. "De koffie mijneer." "Heb je weer zoo'n haast?" "Moeder is alleen." "Mag ik je een zoen geven?" "Ga nou weg!" "Kom nou, ééntje." "Je bent zoo leelijk, zeg!" "Leelijke zoenen ook"... "Ik zou je danken." Weg was ze. Hij at, zong en werkte. 't Kon hem niemendal schelen. Ze zeiden allemaal leelijkert, later mochten ze hem toch. Derde, vierde, vijfde dag. Het bleef zoo.

Dat de Weledele heer Motto vertrokken was in z'n eentje, was zyn zaak ieder moet handelen naar z'n overtuiging! maar hy, Wouter, 'n nieuw werelddeel betreden, zonder by 't aan-wal stappen, het neerteleggen voor háár voet... zonder tot háár te zeggen: trap er gerust op, daartoe juist heb ik 't expres veroverd voor jou... dat nooit! Amerika zelf zou 'r geen vrede mee hebben!

Doch opeens een duw aan het kussen gevend dat het dreunde in haar arm hoofd, zei ze hardop: "Hedwig Eiche, je moest je schamen!" "Zoo, liggen wij zoowaar in ons eentje te babbelen in bed?" klonk terstond daarop de stem van Miss Hearty, die juist om het schut heen kwam kijken. "Ben je soms bezig verzen te reciteeren, meisje? Dat zou ik toch maar voor later bewaren!"

Allen samen zongen zij een liedje en 't leek wel of het werk eensklaps gemakkelijker ging in het eentonig rythmeerende wiegen van het deuntje, en toen het uit was zongen zij er nog eentje, vroolijk en opgewekt, en toen een derde, een schuin-ondeugend, dat hen allen lachen deed. Weer werd de stemming goed, weer haalden zij hun grapjes uit.

"Al is 't ook nóg zoo bezield met den wensch om 't land groot te maken, voor 't land zelf en voor Spanje, al is 't ook dat deze of gene hooge ambtenaar zich nog den edelen zin van de Katholieke Koningen herinnert, en op zijn eentje eraan denkt, 't bestuur ziet niet, hoort niet, oordeelt niet dan wat de pastoor of de provinciaal wil hebben dat hij ziet, hoort of oordeelt.

"Dat is alles zeer waar, mijn goede man," hervatte Jack, "maar gij vergeet, dat ik, als wijsgeer, bezig was met de rechten van den mensch te verdedigen." "Zoo? Ik heb nog nooit geweten, dat een jongen, die appels stal, een wijsgeer genoemd werd; wij noemen zoo eentje een kleine gauwdief.

Toen ik weet niet meer in welk verband kwam hij over sinaasappelen te spreken, vroeg wie er wel eens eentje gezien en geproefd had veel handen gingen de lucht in wie er in de laatste drie jaar nog wel eens een had gegeten, heel wat minder handen ditmaal sprak over de armoe en den nood der wereld en over den gezamenlijken arbeid en den eendrachtigen wil die haar konden overwinnen en het leven maken lieflijk, rijk aan geluk. »En nu gaan wij een reis maken door alle werelddeelen en overal onze menschenmakkers leeren kennen en hen meenemen op onzen tocht en dan zullen wij de aarde maken tot één groote sinaasappelgaarde«, besloot hij zijn improvisatie.

Een paar miesertjes waren er onder: ééntje vooral, zoo'n echt embryo-van-een-aapje-op-sterk-water, zou je gezegd hebben; met een mager ouwemannetjes gezichtje, beentjes en armpjes als lucifers. »Die is nog pas een paar weken hier«, zeide de dokter, »zijn moeder, een arme boerin, heeft hem gevoed met gekauwd roggebrood en hij was er bijna geweest.

Eerlijk kan ik verzekeren, dat we er nog nooit eentje van die gasten als leerling hebben ingehaald. We hebben alleen wat straatvrindjes gemaakt. En als we nu poortwacht houden, komen verschillende jongens van de broederschool ons broederlijk de hand geven. Dat is alles. Zullen ze niet besmet worden door zoo'n openbare-school-hand? Kom, kom.