United States or Djibouti ? Vote for the TOP Country of the Week !


Twee dagen later zond de procureur der christelijke firma B. en Comp. te New-York deze het geld over. Op den rug van den wissel, dien deze heeren ontvingen, mochten zij wel deze woorden schrijven van den grooten Betaalmeester, met wien zij eens hunne rekening zullen moeten sluiten: "Hij vergeet het geroep der ellendigen niet."

"Willen wij eens wedden?" vroeg de Engelschman nu. "Wat wedden?" "Om tien dollars of vijftig of honderd dollars, of zooveel gij maar wilt, dat ik u eer doodschiet, dan gij mij." "Dan zoudt gij de weddenschap verliezen?" "Denkt gij dat? Well, laat ons dan wedden om honderd dollars!"

Dat kinderen in hunne domheid wel eens kwaad doen, weet jullie allemaal wel. Maar dat er eens eene groote tooverfee geweest is, die kwaad gedaan had en die door al de andere tooverfeeën gestraft moest worden, vind je dat niet raar? 't Is toch zoo, hoor! Ik heb het zelf in een boek van eene tooverfee gelezen. En nu wil jullie zeker ook wel graag weten, hoe die ondeugende tooverfee gestraft werd?

Maar ik kan niet," klonk het klagend, "want ik heb geen vleugels " "Blijf stil liggen," zeide oom Frans, "dan zult u de vleugels voelen groeien." En onbewegelijk bleef de zieke liggen. Haar geheele aangezicht was één enkele, hoopvolle glimlach. "Kijk eens, hoe mooi!" zeide oom Frans. Hij nam Kaja's hand en bracht haar nader bij de zieke.

"Maar het is gekkemanswerk!" herhaalde de voormalige graanhandelaar, onder het zwaaien van zijn parasol en zijn mand met krabben. "Estella!...... mijnheer Hector!...... luistert dan toch! gij zult omsingeld worden. Uwe voeten steken reeds in het water!" Maar zij gevoelden de frischheid der kleine golven niet eens. "Nu? wat is er? eindigde de jonge vrouw.

Mohammedaansche vrouwen hebben mij wel eens gevraagd, haar een geschikt meisje aan te wijzen voor haar broeder of haar zoon.

Nu eens op den rug van een golf geheven, dan in een golfdal verdwenen voor de blikken van de schepelingen van de »München«, naderde de kleine boot langzaam. Eindelijk was ze nabij. Twee door de zon verbrande blanken met groote spaansche strooien hoeden zaten erin.

De heer Rousseau zelf maakt zich echter wel eens ongerust als hij haar soms zoo bleek ziet, met kleine vuurroode vlekjes op de wangen. Zijn papierhandel laat hem echter geen oogenblik vrij, hij kan onmogelijk aanhoudend op haar letten en haar verhinderen onvoorzichtigheden te doen. Weken lang vindt hij geen minuut om met haar over haar gezondheid te spreken.

REGINE. Vertrek hoe eer hoe liever wat mij betreft. ENGSTRAND. Ja, maar ik wil dat jij meegaat, Regine. Dat ik meega...? Wat zeg je nòu? ENGSTRAND. Ja, ik wil dat je mee naar huis gaat, zeg ik. Nooit in der eeuwigheid krijg je mij mee naar huis. ENGSTRAND. Dat zullen we eens zien. REGINE. Ja, dat zal je net eens zien.

«Hij speelt voor keizers en koningenzei de stadsmuziekmeester. «Mij is dit geluk nooit te beurt gevallen, maar hij is mijn leerling en vergeet zijn ouden leermeester niet.» «Zijn vader droomde eenszei zijn moeder, «dat Peter met het zilveren kruis op de borst uit den oorlog teruggekeerd was; hij kreeg het in den oorlog niet, maar het is nog moeilijker het zoo te krijgen!