United States or Côte d'Ivoire ? Vote for the TOP Country of the Week !


Cezar nam met een deemoedige houding het geldstuk aan, sprong weder naar beneden en ging den volkshoop, die nieuwsgierig het einde van dit tusschenspel stond af te wachten, met bedaardheid rond, ieder der omstanders en dan zijn meester beurtelings aanziende, totdat hij eindelijk, hetzij uit eigen beweging, hetzij op een geheim teeken van den hansworst, stand hield bij een kloek gebouwden kerel, wien hij het muntstuk voorhield.

Cezar geeft zich in zijne Gedenkschriften ontzaglijk veel moeite om zijn bekwaamheid als krijgsbouwkundige op den voorgrond te stellen, breedvoerig uitweidende over de verschansingen, die hij opgeworpen, over de bruggen, die hij gebouwd heeft, terwijl hij daar-en-tegen zeer kort is waar hij van zijn wapenfeiten gewaagt.

Zulks was hem nog niet terstond duidelijk; maar hij achtte het betamelijk zich daarvan te verzekeren: hij vermande zich, en toen hij, genaderd zijnde, het dek opsloeg, sprong het wangedrocht als uit den slaap op en vertoonde hem den duivel, zoo het al een duivel was, in de gedaante van meester Cezar, den aap van Barbanera.

Eindelik komen onder de nederlandsche geslachtsnamen nog eenige weinigen voor, die de namen zijn van oude Grieken en Romeinen; b. v. Caesar en Cezar, Milo, Plato, Scipio, Felix en Julius. De beide laatstgenoemden zijn minder vreemd, wijl ze ook als mansvóórnamen onder ons in gebruik zijn.

"Ja, wat zal ik zeggen? ik was zelfs nieuwsgierig om te weten waar meester Barbanera gebleven was: en zoo trokken wij samen naar Utrecht, zonder zelf te weten hoe wij er zouden binnenkomen; maar gelukkig is er heden een wapenstilstand gesloten: en zoo werden wij doorgelaten voor een paar goede woorden, die mijn reismakker aan een kleinen springer van een schildknaap gaf en voor een paar kunsten, die meester Cezar deed."

"Bij Sint-Momus!" zeide de hansworst, terwijl hij trillende van angst op de knieën viel: "ik zweer u, mijne goede Heeren, dat zoo hier paarden gestaan hebben, de kaboutermannetjes ze hebben weggehaald, of dat zij op de lucht van meester Cezar gevlucht zijn; want ik heb ze niet gezien en de kokeler kan getuigen...."

"Wie is daar?" riep Adeelen, met drift het venster opendoende. "Het is de Booze!" zeide hij, toen op hetzelfde oogenblik een zwarte gedaante naar binnen sprong en, zich op de tafel neerzettende, de aanwezigen tegengrinnikte. "Aha! zijt gij het, meester Cezar!" zeide de vreemdeling: "dan zal uw meester waarschijnlijk niet verre af zijn.

"Gij hebt niet opgepast, meester Cezar!" zeide de hansworst tegen den aap, hem het geldstuk met een bestraffenden blik voorhoudende: "ik had u immers gelast geen andere dan inlandsche munt op te halen, en gij brengt mij een stuk, dat alleen bij heidenen en Turken gangbaar is. Spoedig! breng het terug en verzoek om een ander."

Cezar, het volk, allen waren op de hand van Metellus en niemand wederstond hem dan Cato alleen, 't Was bekend, dat op den dag, waarop de zaak zou beslist worden, een troep huurlingen en zwaardvechters Metellus zouden vergezellen, zoodat al de bloedverwanten en vrienden van Cato zeer bezorgd voor hem waren, en velen onder hen de nacht wakende doorbrachten om te overleggen, hoe zij hem aan het gevaar zouden onttrekken.

"Had hij maar school gegaan bij mijn aap," merkte een der kermisgasten aan, in wien mijn lezers aan dit gezegde den hansworst van Barbanera zullen herkend hebben: "meester Cezar, dat vrome beest, geeft nooit andere dan bescheidene antwoorden." Deze geestige zet werd door al de aanwezigen met een luid gelach ontvangen.