United States or Tuvalu ? Vote for the TOP Country of the Week !


De uitspraak van Bodel Nyenhuis , dat onze vaderen ten allen tijde toegegeven en erkend hebben, dat de schrijvers krachtens een onschendbaar recht eigenaar zijn van hunne geschriften, en dat dit het beginsel was, waarop het toekennen der privilegiën berustte, mist dan ook m. i. allen grond.

In tegenstelling met wat Bodel Nyenhuis , en op diens voetspoor o.a. ook Mr. de Ridder , verklaren, meen ik tot de bewering gerechtigd te zijn, dat nadruk betrekkelijk veel voorkwam.

Evenals in het Zuiden, had men ook in het Noorden dichters van allerlei stand: naast een vorst als graaf Thibaut van Champagne, een leenheer als Conon van Bethune, vond men de slotheer van Coucy, ridders als Gace Brulé en burgerlike trouvères als Jean Bodel van Arras.

J. T. Bodel Nyenhuis, De wetgeving op drukpers en boekhandel in de Nederlanden tot in het begin der XIXde eeuw. Met de latere bijvoegsels en verbeteringen van den schrijver. J. D. Doorman, Het vrije vertalingsrecht verdedigd, Leiden 1885. Mr.

Bodel Nyenhuis maakt melding van een octrooi, door den Franschen koning Hendrik IV in het jaar 1594 verleend aan Franciscus Raphelengius voor Cyclometrica Elementa van Justus Scaliger, een werk, dat ook in Nederland geprivilegieerd was.

J. J. de Blécourt, Notaris te Wildervank. G. P. Bleeksma, Timmerman te Roordahuizum. Mr. J. T. Bodel Nijenhuis, te Leiden. Mr. F. A. van Boelens, Kantonregter te Beetsterzwaag. J. B. de Boer, Predikant te Marrum. M. L. de Boer, Predikant te Berlikum. B. K. Bokma, Gemeente-Ontvanger van Idaarderadeel, te Grouw. A. Bolman, Wijnhandelaar te Warrega.

In de inleidingen tot de verschillende sagen zal ik gelegenheid hebben op de namen van die dichters en schrijvers terug te komen, ik zal ze hier dus niet noemen. Zij allen bewijzen, dat de belangstelling voor de verhalen der Tafel Ronde thans bijkans even levendig is, als toen de Middeleeuwsche dichter Jean Bodel uitriep: "Li Conte de Bretaingne sont si vain et plaisant!"