United States or French Southern Territories ? Vote for the TOP Country of the Week !


Het was de Mont Blanc niet, zijne sneeuwtoppen spiegelend in het Meer van Genève; noch de krans van opgaande rotsen, waartusschen het Vierwaldstättermeer gevat is; noch de Loreley, vooruitspringend in eene bogt van den Rijn; noch de Duno, met hare groene helling een geldersch landschap sluitend en omsluitend. Doch al verschilde de orde, het was eene schoonheid van denzelfden rang.

Meta wou, dat ik wat blanc manger meenam; ze heeft ze zelf zoo lekker klaargemaakt, en Bets dacht, dat je haar katjes wel aardig zou vinden. Ik wist wel, dat je er om lachen zou, maar ik kon het haar niet weigeren, ze wou zoo graag iets voor je doen."

Wij zullen alleen twee berichtjes overschrijven, die door de dagbladen werden gepubliceerd eenige maanden na de verwonderlijke gebeurtenissen te M. sur M. Deze berichten zijn vrij beknopt. Men herinnere zich, dat op dat tijdstip nog geen Gazette des Tribunaux bestond. Het eerste ontleenen wij aan de Drapeau blanc. Het draagt de dagteekening van 25 Juli 1823.

Het schiereiland, dat in den avondnevel verdwijnt, wordt gevormd door de hooge bergen, die wij reeds van de Gletscherbaai uit hebben waargenomen en stellig heb ik den Crillon, die met zijn 4835 meter den Mont Blanc in hoogte overtreft, boven de wolken zien uitsteken.

Thans begon het wachten die onrustige jongens echter moeilijker te vallen dan ooit. Dáár klonk de kreet: Le cheval blanc! Le cheval blanc! aangeheven door eenige personen, die den naderenden stoet voorafgaande, blijkbaar in last hadden de tallooze toeschouwers tot vreugdebetoon op te wekken. Allen namen nu aan de ramen plaats.

"Ik moet ronduit zeggen, dat het mij tegenvalt," verklaarde De Morder; "en schoon ik er mij heel weinig van had voorgesteld, dacht ik niet, dat de reizigers zoo onbeschaamd konden liegen in het opvijzelen der schoonheden van dit land." "Maar het kan immers nog komen," zei Pols; "evenwel moet ik u ook zeggen, dat het mij zeer verwondert, dat men van den Mont blanc nog niets kan ontdekken."

En tusschen die mannen met hun zwarte harkjes en scherpziende oogen en ongeloofelijk snel geldschietende en geldstapelende vingers, tusschen die dienaren van "la veuve Blanc", zitten mannen en vrouwen van allerlei stand en leeftijd, men zou zeggen "op 't eendrachtigst saamverbonden" neer.

"En dat juist de Mont blanc u tegenstaat," grinnikte Veervlug. "Ik ben nu toch benieuwd naar die Arcadische schoonen en hare gracieuse costumes," zei Torteltak. "Ik hoop toch eens in de gelegenheid te zullen zijn, om den minnekout van een paar Zwitsersche geliefden af te luisteren." Juist ontmoetten zij eene kar, die den berg afreed.

Marius zette zich en wenkte hem plaats te nemen. Thénardier ging op een kussenstoel zitten, nam de beide dagbladen, stak ze weder in den omslag, en mompelde, terwijl hij met de nagels op de Drapeau blanc sloeg: "'t heeft mij moeite gekost dit te krijgen."

Het uur, dat de geschiedenis met haar eerwaardige en vrije stem spreekt, heeft voor hem nog niet geslagen, het oogenblik is nog niet gekomen om over dien koning het eindvonnis uit te spreken: zelfs de strenge en beroemde geschiedschrijver Louis Blanc heeft onlangs zijn eerste vonnis verzacht; Lodewijk Filips werd gekozen door deze twee, die men 221 en 1830 noemt, namelijk door een half parlement en een halve revolutie; in allen geval, en uit het verheven gezichtspunt, waarop de wijsbegeerte zich moet plaatsen, zouden wij hem hier niet kunnen beoordeelen, zooals men hierboven heeft kunnen opmerken, dan met zekere voorbehoudingen, in naam van het volstrekt democratisch beginsel; voor het oog van het volstrekte, buiten deze twee rechten: vooreerst de rechten van den mensch, en ten tweede het recht des volks, is alles overweldiging; wat wij evenwel reeds nu, behoudens deze voorbehoudingen, kunnen zeggen, is, dat over 't geheel en op welke wijze men hem beschouwe, Lodewijk Filips, op zich zelven genomen en uit het oogpunt van menschelijke goedheid, om ons van de uitdrukking der oude geschiedenis te bedienen, een der beste vorsten zal blijven, die op eenigen troon gezeteld hebben.