United States or Burundi ? Vote for the TOP Country of the Week !


Eenige byzondere geslachtsnamen, wier beteekenis my niet ten vollen duidelik is, maar die ik by deze groep meen te moeten voegen, zijn: Den Bandt, Strooband, Ketelbant, Ratelband en Roggeband. Is »De Strooband" een huisteeken geweest, dan moet het oudtijds niet zeldzaam zijn voorgekomen.

Ze scheen 'n jaar of twintig te zijn. Ze zag wat bleek, haar oogen lagen diep in grijze schaduw. Haar japon was heel eenvoudig, van een roomkleurige stof met een breede ceintuur en een paar groote strikken van geel satijn. Anna sprak haar aan, op hartelijken toon met een zweem van medelijden. "Lucie, mag ik je 's even voorstellen: meneer Bandt,.... juffrouw Tadingh."

Daarna legde hij hunne rechterhanden inéén en sprak: »God Almachtich, die u tot den huywelicken staet gheropen heeft, binde u te samen met den bandt der warachtigher liefden, opdat gij u gansche leven de groote verborghen eenicheit Christi ende sijnder ghemeinten uitdrucken moecht, ende wille u vermeerderen, ter eeren sijns naems ende uwer sielen salicheit doer denselven Christum Jesum. Amen

Hij kwam licht-buigend en glimlachend nader, en groette, en zei op vroolijken toon: "Goeie morgen, mevrouw!.... Mag ik me even voorstellen!.... Bandt is mijn naam.... 'k Heb 't genoegen gehad kennis te maken met uw dochter en.... en nu kom ik haar 's opzoeken.... en ook 's kennis maken met u!...."

En Bernard sprak haar aan, een beetje verlegen, wat beklemd; alsof hij iets verbodens deed: "Dag, juffrouw Tadingh, hoe gaat 't u?" "Dag, meneer Bandt," zei ze, vrindelijk, stilstaand en ze gaf hem een hand, een zenuwachtig-vluchtig handdrukje. "Ik herkende u vanmorgen niet dadelijk," zei hij. "Jawèl," zei ze, eenigszins verwonderd-teleurgesteld, "u groette toch?"

"Mag ik 't genoegen hebben, juffrouw van Keppel." "'t Spijt me erg, meneer Bandt, maar ik heb voor dit extra-walsje al met André.... met meneer ten Deen afgesproken...." Bernard boog stijf en trok zich terug, zich bijtend op de onderlip en fronsend zijn wenkbrauwen. Een oogenblik wou hij ruzie gaan maken met André.

"God ja!.... dat 's waar ook!.... Was jij daar niet meer bij, Bandt!.... Waarom was je ook zoo gauw uitgeknepen?.... Je hadt 'm moeten zien met dien hoed,.... hij was 'm een half hoofd te groot!...."

Hij zou dolgraag weer 's met haar dansen, hij herinnerde zich nu heel goed, dat ze uitstekend walste. "Dat moest jij nou 's gaan vragen aan de gastvrouw," zei hij tegen Bernard, "of we nog niet een beetje dansen mogen, dat krijg jij wel gedaan...." " ja, meneer Bandt, toe, doet u 't is," zei ook Mimi op smeekenden toon.... Bernard keek haar aan.

Nu begonnen wij wat vroeger te werken en werkten door tot halfzeven, om 's avonds vrij te hebben. Toen kon ik dus tusschen acht en negen beginnen. Toen heb ik ook een grooter boek aangedurfd en "De roman van Bernard Bandt" geschreven. Ondertusschen had ik natuurlijk wat meer algemeen benul gekregen.

"Dát zeg ik ook niet!.... dát 's wel mogelijk!.... dát weet ik natuurlijk niet!.... Maar áls ze aan je denken, dan zeggen ze: wel foei, wat 'n onbeleefd heer is die jonge Bandt!.... die weet niet hoe 't hoort!.... Ja jongen, je weet wel, ik zeg 't altijd maar net zooals ik er over denk. Ik heb me altijd zoo'n beetje beschouwd als een tante van je, die je wel zoo er 's