United States or Switzerland ? Vote for the TOP Country of the Week !


"De graaf wil dat gij onmiddellijk voor hem verschijnt, Arnulf. Toon u onderdanig uit voorzichtigheid." "Het zij zoo, kastelein; leid mij tot den graaf, maar behoed mij voor hoon en onrecht," mompelde Arnulf, terwijl hij zijn swaard in de schede stak en, door wel vijftig Kerels gevolgd, naar de stelling vooruitstapte.

"De wet gebood het mij" wedervoer Arnulf. "Zij heeft geene bijzondere gevallen voorzien. Wie den gebannen vrede breekt mag overal aangevallen en gestraft worden. Ik kon Warad Valk zonder verwittiging doodslaan, en evenwel heb ik hem tot zelfverdediging uitgedaagd en hem ten kamp geroepen.

Meer nog werden de Kerels met blijdschap vervuld toen Arnulf buiten kwam en zijne vrouw en kinderen omhelsde. Een schallend triumfkreet bonsde tegen de muren van het paleis; en de vorst kon van in de raadzaal hooren hoe daarbuiten hem ten lof wel twintigmaal opnieuw de schreeuw: "Heil onze vorst! Leve de graaf van Vlaanderen!" werd aangeheven.

"Men voere dan mijn lijk naar de gevangenis!" gromde hij, terwijl zijne oogen zoo bloedig werden en zoo dreigend vlamden dat elkeen aarzelde om hem te naderen. Terwijl de kastelein Arnulf poogde te bedaren, was Robrecht Sneloghe te midden der Kerels geloopen en verkreeg van hen door vriendelijke woorden en gebeden dat zij zich nog stilhielden.

Arnulf wilde naar niets luisteren en weigerde zich naar de gevangenis te laten leiden. Maar nu beklom de proost van St-Donaas de stelling, naderde den vertoornden Kerel en zeide aan zijn oor: "Volg den kastelein naar het Gijselhuis, Arnulf. Doet gij het niet, gij brengt waarschijnlijk de vrijheid van gansch Kerlingaland in gevaar.

"Wat gaat gij doen, Arnulf?" morde zij, hem angstig bij den arm vattende. "Gij kunt het vermoeden", antwoordde hij op somberen toon. "Plicht is plicht; weerhoud mij niet; blijf stil en waak over de kinderen. Gebaar u alsof gij niets had bemerkt. Heb ik mij misgrepen is die man Warad niet, dan kom ik onmiddellijk bij u terug." Hij drong vooruit en verdween tusschen de menigte.

"Indien de kastelein van Brugge de macht niet heeft om mijn bevel uit te doen voeren, zullen mijne ridders of hunne wapenlieden u wel dwingen." Arnulf, die zag dat er waarlijk eene beweging onder de ridders ontstond, sprong een paar stappen achteruit en sloeg de vuist aan het gevest van zijn zwaard.

"Maar Arnulf", bemerkte zij op dit oogenblik, "de graaf laat zich zoolang wachten; zijt gij zeker dat hij voor den middag nog zal komen?" "Gansch zeker, Strena", was het antwoord. "Gij hebt wel gezien dat de proost en de kanunniken van St-Donaas, met de ridders en met schepenen van Brugge, door de Steenstraat hem zijn te gemoet gegaan?" "Het is meer dan een uur geleden, Arnulf.

Alhoewel de kastelein sterk twijfelde of Arnulf, dien hij kende als een vastberaden man zonder vrees, wel tot zulk iets kon toestemmen, beloofde hij al het mogelijke aan te wenden om hem er toe over te halen.

Om meerdere kans tot welgelukken zijner zending te hebben, verzocht de kastelein de weenende vrouw en twee kinderen van Arnulf hem in de gevangenis te volgen. De oude Frumold bleef te midden van het plein staan, afwachtende wat de uitslag van des kasteleins poging zou zijn.