United States or Nigeria ? Vote for the TOP Country of the Week !


In dien tusschentijd had ik mijn dooden begraven, en aan mijn buurman last gegeven, om mijn eigendom te verkoopen. Mijn gemartelde ledematen waren nog niet volkomen geheeld; maar toch had ik al dien tijd met smart op de terugkomst van den Apache gewacht. Hij was de rafters gevolgd, had hen des avonds beluisterd, en gehoord, dat zij naar Smoky-hill-Fort gingen.

De anderen voldeden aan zijn opdracht, en stegen eerst weer te paard, toen zij op een behoorlijken afstand van de eerst gevolgde richting verwijderd waren. De Apache bewees, dat hij een weergaloos geheugen bezat.

Daar zullen we in eenige minuten zijn. En in Sheridan zullen we wel te weten komen wie die ruiter geweest is." De mist begon op te trekken; die werd door den ochtendwind uiteengedreven, en weldra zagen de twee de Smokyhill-rivier voor zich liggen. Ook hier bleek de buitengewone plaatselijke kennis van den Apache. Hij bereikte den oever juist op de plek, waar de waadbare plaats zich bevond.

Enkele keeren kwam men zoo dicht in de nabijheid van den Apache, dat men hem te zien kreeg. Zijn houding was de onbezorgdheid zelf. Hij wist, dat de Utahs hun opmerkzaamheid bezwaarlijk achterwaarts zouden aanwenden. Omstreeks te tien uur was Old Firehand met de zijnen van het meer opgebroken.

De zon was reeds achter de Rocky-bergen verdwenen, toen men het einde van dit plateau bereikte of althans voor zich zag liggen; want de Apache hield halt, wees met de hand naar voren, en zei: "Nog vijf honderd passen verder, daar valt de steenmassa zoo recht als een droppel water in de diepte; aan de andere zijde insgelijks; maar daartusschen ligt beneden het Hertendal met goed water en veel boschgroei.

Juist toen de troep de plaats bereikte, waar de oevers van de beek uiteenliepen om de vlakte te vormen, keerde de Apache terug. Hij kwam in galop aanrijden, en wenkte reeds van verre, dat men halt moest houden. Dat was geen goed teeken, en daarom vroeg Old Firehand, zoodra Winnetou dicht genoeg bij was: "Mijn broeder wil ons waarschuwen. Heeft hij de Utahs gezien?" "Ja, hen en hun legerplaats."

Dit vermoeden van Old Firehand was niet zoo geheel en al mis; want de Apache had de Utahs bespied op het oogenblik, toen pas de zwemwedstrijd begonnen was. Winnetou antwoordde op zulk een stelligen toon, alsof hij er bij gestaan en alles gezien had: "Neen, zij willen hen niet verdrinken; maar het is een zwemwedstrijd om het leven." "Hebt gij reden om dat te vermoeden?"

De Apache staarde ernstig in de ondergaande zon. Het was alsof zijn oog aan gene zijde van het westen de eeuwige jachtgronden zocht. Hij was een heiden, maar hij, hij bad zeer stellig. Toen traden zij op de paarden aan. "Mijn blanke broeder kan mijn dier nemen," zei de roodhuid. "Het heeft een zachten gang, gelijkmatig en effen als een kano in het water. Ik neem het andere."

Winnetou schoof dat gordijn een weinig op zij, en toen zagen zij vóór zich een bosch, boom aan boom, hoog en krachtvol opgegroeid en met een zoo dicht loofdak, dat het laatste licht van den dag niet door de toppen der boomen kon doordringen. De Apache trad naar buiten om te verkennen.

De Apache zette een alleroolijkst gezicht, toen hij antwoordde: "Onder de bleekgezichten bevindt zich iemand die zich zelf en de zijnen niet zoo gemakkelijk laat doodmaken." "Wie is dat?" "Old Shatterhand." "Wat!" riep de jager, van verwondering opspringende. "Old Shatterhand, dien gij boven, aan het Zilvermeer, hoopt te ontmoeten? Zou die werkelijk reeds hier zijn?"