United States or Rwanda ? Vote for the TOP Country of the Week !


Don Huberto, die een zeer slecht karakter had, zon op wraak, nu hij zijn hartstocht niet bevredigd zag. Hij wist, dat don Anastasio jaloersch was en vormde nu een plan zoo slecht als een snoodaard het maar bedenken kan.

Och en de filosoof Tasio is ook al gestorven, en dien hebben ze op 't Chineesche kerkhof begraven." "Arme Don Anastasio!" zuchtte Don Filipo. "En zijn boeken?" "Die werden verbrand door de vromen die zoo Gode welgevallig meenden te zijn. Ik heb niets kunnen redden, zelfs niet Cicero's werken... en de gobernadorcillo deed niets om het te beletten." Beiden zwegen.

Vertel mij dus alles en wees overtuigd, dat ik levendig belang stel in uw aangelegenheden." "Gaarne," antwoordde hij, "zal ik u een uitvoerig en oprecht verhaal doen van mijn lotgevallen." Verhaal van Don Roger de Rada. Don Anastasio de Rada, een edelman uit Granada, leefde gelukkig in de stad Antequerre, met dona Estéfania, zijn vrouw, die deugdzaam, zacht en buitengewoon schoon was.

Don Huberto echter werd verliefd op zijn nicht en niettegenstaande hun bloedverwantschap en de vriendschap, die don Anastasio voor hem voelde, bekende hij haar dat.

Je kan zijn beul niet worden, zonder hemel en aarde schande aan te doen. Mijn dood vergeef ik je, maar die van het kind zal rechtvaardiging eischen!" Don Anastasio stiet zijn dolk in haar rechterzijde. Zij viel dadelijk neer. Hij dacht, dat ze dood was, ging het huis uit en verdween uit Antequerre.

Hij liet zich echter niet ontmoedigen, ja hij had zelfs de onbeschaamdheid, om haar op een goeden dag te willen dwingen zijn wenschen te bevredigen. Op strengen toon dreigde ze hem toen zijn vermetelheid door don Anastasio te zullen doen straffen. Dit maakte hem bang, hij beloofde niet meer van liefde te zullen spreken en, afgaande op die belofte, vergaf zij het gebeurde.

Daardoor vertrok ik nog dienzelfden nacht en kom nu aan het hof, om te trachten gratie te krijgen, waarvoor ik den steun noodig heb van den eersten minister, welken ik door uw bemiddeling hoop te krijgen." De dappere zoon van don Anastasio had zijn verhaal geëindigd; ik beloofde, dat ik zijn zaak aan den minister zou voordragen, wiens hulp ik wel durfde verzekeren.

Don Anastasio wachtte niet tot ik uitgesproken had; hij wierp zich in mijn armen en dankte met tranen in de oogen den hemel, dat mijn moeder was gered geworden. Daarop vroeg hij mij, hoe de onschuld van zijn vrouw aan het licht was gekomen.

"Gaan jullie met me mee, jongens?" vroeg hij hun. "Je moeder heeft een heerlijk avondeten voor jullie klaar gemaakt: een pastoor 't lusten." De kosters. Don Anastasio bevond zich met de twee koorknaapjes in de kerk. Hij vroeg hen wanneer zij naar huis gingen. "De hoofdkoster laat ons er niet uit voor achten, meneer!" antwoordde 't oudste ventje.

Hij stierf na vergiffenis te hebben gevraagd aan den hemel, aan don Anastasio, Estéfania en mij. Ik achtte het niet geraden, om naar huis terug te keeren, trok de bergen over en kwam in Malaga, waar ik plaatsing vond op een oorlogsschip, dat ging kruisen. Al spoedig was er gelegenheid om ons te onderscheiden.