United States or Sri Lanka ? Vote for the TOP Country of the Week !


Waar een bewerker, naar het schijnt, meer zijn eigen weg ging, daar krijgen wij soms hier en daar een verrassend kijkje op den geest van zijn stand of van zijn tijd. Zoo b.v. in de Vlaamsche bewerking van den Aiol, waar de beschrijvingen vooral van gevechten aanzienlijk bekort of geheel weggelaten zijn, de episode van den visscher TIERIJN daarentegen met blijkbare voorliefde is bewerkt.

In een armelijke wapenrusting trekt hij naar ARTUR'S hof evenals AIOL naar het hof te Parijs. ARTUR geeft hem den ridderslag. Hij trekt uit op avontuur, ziet de schoone GALIENE en wordt onder den invloed van de liefde tot haar langzamerhand een volmaakt ridder.

Van de Middelnederlandsche vertaling bleven ons een vijftiental fragmenten bewaard, te zamen meer dan 10.000 verzen, misschien slechts een tiende deel van het oorspronkelijk gedicht bevattend . Een eigen plaats neemt onder de Oudfransche heldendichten de Aiol in.

In eene opsomming van edelen die AIOL verwelkomen, worden in de Dietsche bewerking o.a. de graaf van Vlaanderen, de hertog van Brabant en de graaf van Artois genoemd, ofschoon deze hooge heeren op de overeenkomstige plaats in den Franschen tekst niet worden vermeld. Waarschijnlijk hebben wij hierin eene beleefdheid van de zijde des menestreels jegens zijn publiek te zien .

In den Seghelijn personages uit de Karel-sage (GAURES en ROHAERT); vooral de Flandrijs is nagevolgd, zie Inl., VI. Den reus GRAPAERT vinden wij terug in AGRAPART uit den Huge van Bordeeus; een visscher die een hooggeboren kind bij zich neemt, komt voor ook in Aiol; SEGHELIJN leeft in het bosch van vruchten en kruiden (2885-'9) gelijk PARTONOPEUS; zijn paard wordt hem, terwijl hij ligt te slapen, ontstolen, zooals Beiaert aan REINOUT. De naam FLORETTE ook in Karlmeinet. De paardenaam Blankaert uit Loyhier en Malaert ook reeds in Aubri de Borgengoen; de naam van het zwaard Scaerdelijn in Val. en Nam. ook reeds in Aiol; de dans van betooverde ridders in den Malegijs ook reeds in den Lancelot, I, bl. 109, vs. 122-3; NAMELOOS heeft een onzichtbaar makenden ring en knots evenals de dwerg SPY

Hiervoor hebben wij het vermoeden uitgesproken, dat wij in Doon de Mayence, Gwidekijn van Sassen en de Vlaamsche redactie van Aiol eer vrije bewerkingen van, uit Frankrijk afkomstige, epische stoffen te zien hebben dan vertalingen. Met meer recht mag men dit aannemen van Karel ende Elegast.

Zooals onder de Frankische romans o.a. de Aiol den overgang vormt van de vertalingen op een waarschijnlijk zelfstandig werk als Karel en Elegast, zoo staat hier de bewerking van Floris en Blancefloer tusschen de vertaalde romans en een paar werken die mij voorkomen zelfstandig te zijn: Moriaen en Walewein.

Kort vóór of na den eersten Kruistocht waren de oudste Chansons de geste reeds gedicht: de grootsche Chanson de Roland, de indrukwekkende Lorreinen, barbaarsch als de Roodhuiden, de bloedige Raoul de Cambrai, Girart de Roussillon, een deel van den Guillaume d'Orange, de Aiol.

Misschien kende hij ook Nederlandsche bewerkingen der romans van Foulque de Candie en van Karel en Galie, welke laatste ons in eene Nederduitsche omwerking in den Karlmeinet is bekend gebleven. Of de vrije bewerking van den Aiol, de Doon de Mayence, de Gwidekijn van Sassen tot dienzelfden tijd behooren, of eer in de tweede helft der 13de eeuw moeten geplaatst worden?

Ouderdom der Nederlandsche ridderpoëzie. In hoeverre indeeling naar de "matières" te onzent geoorloofd? Romans: Flovent, Roelants-lied, Willem van Oringen, Renout van Montalbaen, Geraert van Viane, Lorreinen, Aiol, Aubri de Borgengoen, Doon de Mayence, Gwidekijn van Sassen. Overige romans. Aesthetische waarde der bewerkingen. Karel en Elegast.