United States or Norfolk Island ? Vote for the TOP Country of the Week !


Zullen samen stellen!! schreeuwde Cecilius, handen aan mond naar Syrus, die aanslenterde, uit zijn celletje. En dan, zei Cecilianus. Hebben we nog Afer! Ja, Afer!! juichte Cecilius. Om de komedianten, als ze slecht spelen, op.... Op hun dònder te komen!! viel Cecilius vol geestkracht uit. Ja, dominus, je bent soms wèl wat zwak.... Op hun dònder moeten de komedianten meer hebben!

Maar de dominus had Afer bevolen de buffels te wenden, het Colosseum om, om den wijden, stoffigen weg van den Coelius te nemen, die voerde naar de Porta Asinaria.... Zoo komen we ook de stad uit, zei de dominus. Syrus, zijn de nieuwe tooneelmaskers, die de edele patronen me hebben gegeven, nu waarachtig goed ingepakt? Ja, jongens, Rome.... dat is al weêr gedaan!

Gebeurde dit evenwel op eenigszins gevorderden leeftijd, dan werden zij ook dikwijls nog bij hun ouden naam genoemd. Vrijgelatenen namen vóór- en geslachtsnaam aan van hun vroegeren meester, terwijl zij als cognomen hun slavennaam behielden, als: P. Terentius Afer, de bekende dichter, vrijgelatene van P. Terentius Lucanus. Vrijgelatenen van steden vormden een nomen uit den naam der stad, b.v.

Den "paraziet" en Syrus, den "slave-rol", had hij verhuurd bij Tryfo, den boekhandelaar, voor een prikje, als kopiïsten: ze schreven beiden netjes en die brachten dus ook wat geld op, net genoeg, dat ze hun eigen levensonderhoud bedropen. Nu had hij Silus en Afer verhuurd aan den voller, om meê te vollen. En Cecilius en Cecilianus....

Je moet origineel zijn, om iets te beduiden, zegt de edele Quintilianus! schreeuwde, brutaal, Cecilianus tusschen allen door, en gilde toen van angst na, want de tooneelknechten, voor de grap, klakten met de zweepen; allen lachten. Afer en Silus, fluisterde Cecilius den kerels toe; donder nou op; we wòrden niet meer gegeeseld.... De dominus verstond hem echter.

Paraziet, ging de dominus voort, terwijl allen lachten om den senex. Je hebt slecht gespeeld van daag. Ja, dominus.... Ik zoû je door Silus en Afer moeten laten geeselen, dat de vellen er af vlogen. Laten kruisigen, dominus, zei de "paraziet"; en dan laten verslinden door een beer. Maar niet op de zelfde planken, waar de heilige "Bacchides" zijn vertoond, treiterde de senex. Jij hadt maar....!

Ik loop ook meê, zei Nilus; ik hoef van daag niet naar de markt. Nu, dan loopen we allen maar meê! riep Alexa en Gymnazium vond dat uitstekend. En werkelijk, ze liepen allen meê; ze begeleidden den dominus en de jongens naar de reiskar, en toen die waren ingestegen en Afer riep, trekkende aan de leidsels: ! !

Mijn "paraziet"!? schreeuwde de dominus, om zijn kostbaarsten slaaf.... Ik heb hem nóg niet gezien! jammerde Syrus en de tweelingen omhelsden hem en zij omhelsden Afer. Mijn adulescens! schreeuwde de dominus. Al mijn dure slaven! Dood? Allemaal dood!? Hij schreeuwde als een bezetene en allen schreeuwden om hem rond.

Syrus! Waar zijn de anderen?? Syrus had een huil van smart en een armgezwaai van wanhoop. Waar zij waren? Dáar! Dáar! Onder dat puin, begraven, dood of half verstikt, verbrijzeld.... Uitgraven, uitgraven! riepen zij rondom en reeds kwamen er met schoppen aan. Mijn caterva! Mijn caterva!! gilde de dominus. Eén-en-twintig slaven!! Heeft niemand zich kunnen redden dan jij....?? Afer!

Ja, hij was er dan toch in geslaagd een paar komedianten te koopen, een paar er te huren: hij zoû ze in Neapolis vinden, waar zij op dit oogenblik nog speelden in particuliere Spelen en hijzelve had zich kort geleden een reiskar gekocht met twee buffels: Syrus en Afer zouden voor zitten en om beurten de beesten mennen, en hijzelve en Cecilius en Cecilianus zouden, met de bagage en de nieuwe tooneelmaskers, die hij van zijn edele patronen, Verginius Rufus, Plinius en Frontinus ten geschenke ontvangen had, het geriefelijk hebben binnen de kar, die, nog niet overhuifd, stond te wachten waar de Suburra zich verbreedde en het voertuig met de breede buffels geen verstopping veroorzaakte.