United States or Martinique ? Vote for the TOP Country of the Week !


Men kan er een sierlijken schotel van maken door de haring, met de aardappelen dooreengeroerd, met eene vork zeer glad te strijken en dan het overige, het wit en geel van de eijeren afzonderlijk gehouden, in figuren er boven op te leggen, met dunne schijfjes van augurken langs den rand geschikt. Sommigen voegen er ook wel gehakte seldery bij. Over het gebruik van aardappelmeel.

Rijst voor ragout. 2 o. rijst wordt gebroeid en dan in bouillon gaargekookt, waarna men er 1 glas madera, 1 kopje melk, 2 eijerdoijers en wat geraspte kaas doorroert. Men legt haar als rand om den ragout. Gewone rijst. Men zet die op met driemaal hare hoeveelheid aan water. Melksoep met aardappelmeel.

Tegelijk kookt men gesnipperde amandelen, in een weinig water, half zacht, voegt er dan een paar kopjes witten wijn, wat suiker, citroensap en schil, krenten en aan schijven gesneden appelen bij, laat alles gaar worden, en bindt de saus met wat aardappelmeel. Dan legt men in een omgespoelden vorm eene laag rijst, daarop eene laag appelen enz., tot men met rijst eindigt.

Het beslag moet vooral niet te dun zijn en zoolang rijzen tot de hoeveelheid verdubbeld is. Men bakt de koeken met boter en reuzel. Het water waarin de geraspte aardappelen hebben gestaan, moet men laten bezinken en zal dan zeer goed aardappelmeel onder in den pot vinden.

Als het begint te braden, roert men het voorzigtig om en wakkert het vuur wat aan. Intusschen mengt men eenig aardappelmeel, stijfsel, of parelsago met 8 maatjes rooden wijn en, als men bij het roeren ziet dat het vleesch eene graauwe kleur heeft aangenomen, giet men er dit over; daarmede laat men het goed doorkoken en doet het op.

Op 5 november werd president Roosevelt herkozen. Op 9 december begonnen de Engelsen hun offensief in Noord-Afrika, aanvankelijk met succes. Op 25 en 26 februari vond de grote staking in Amsterdam plaats, die als "de februari-staking" de geschiedenis zou ingaan. 3 nov.: Eieren, aardappelmeel, sago, koekjes, gebak enz. zijn nu ook op de bon evenals kaas.

Men laat 1/2 k. rooden wijn met 1 o., 2 1/2 lood suiker, wat pijpkaneel, eene halve citroenschil en 2 lepels frambozen- of bessensap, goed toegedekt, tot aan de kook komen; dan mengt men een weinig aardappelmeel met koud water en maakt daarmede de saus eenigzins gebonden.

Men volgt R. 528, maar neemt in plaats van abrikozenmoes thans moes van perziken tot vulling. Pinksterkoek. Men roert 250 gram boter tot room, voegt er al roerende bij kleine hoeveelheden 250 gram suiker, 250 gram aardappelmeel en 3 eierdooiers en wat geraspt geel van een citroenschil bij. Ten laatste roert men er het stijfgeklopte wit der 3 eieren door.

Men neemt hiervoor 5 o. boter, 5 o. suiker, 2 1/2 o. bloem, 2 1/2 o. gezift aardappelmeel, 10 of 12 eijeren, naar dat zij groot zijn, 1 citroen, 4 lepels punch-siroop of 2 lepels arak. De boter wordt geklaard, afgegoten, en koud geworden zijnde, tot schuim gewreven en met de suiker goed geklopt.

Dan beslaat men 6 eijerdoijers met twee lepels aardappelmeel, ruim 2 m. melk, wat zout en kaneel en het geklopte eiwit. Hiervan bakt men 2 koeken, op eene zijde; als de laatste gaar is, spreidt men de appelen er over en bedekt ze met den ongebakken kant van den eersten koek, waarna men ze op beide zijden nog eens laat nabakken en dan met suiker bestrooid opdoet.